De klok tikt voor de onderzoekers naar de zware misdrijven van de Bende van Nijvel. Ze hebben nog tot 2025. Het dossier rond die Bende van Nijvel zou dat jaar, 40 jaar na de laatste feiten, definitief verjaren.
Het is een provocerende vraag, maar heeft die Bende eigenlijk wel bestaan? Het commerciële televisiestation VTM bracht jaren geleden in de uitzending Telefacts, een vraaggesprek met Albert Raes, de beheerder-directeur generaal van de Staatsveiligheid (VSSE) in de periode 1977 tot 1990. Raes werd in Brugge op 21 februari 1932 geboren. De feiten van de Bende situeren zich in de eerste helft van de jaren 80 toen Raes dus topman van de VSSE was.
Het was dan de eerste keer dat Albert Raes voor de media verklaringen aflegde met betrekking tot de beschuldigingen en verdachtmakingen waarvan hijzelf en zijn dienst volgens Belga het voorwerp en zelfs het mikpunt waren.
Ondervraagd door journaliste Rosanne Germonprez over zijn langdurig stilzwijgen, voerde Raes begin 1995 op tv aan dat hij lange tijd heeft gedaan wat van een inlichtingendienst wordt verwacht namelijk de stilte bewaren. “Maar de oppositie - over het algemeen samengesteld uit personen die te maken hadden gekregen met het gerecht en waarvan sommigen ook daadwerkelijk werden veroordeeld - heeft met aanvoer en aanbreng van extra middelen geprobeerd de vleugels van de Staatsveiligheid te kortwieken. Op bepaalde ogenblikken en in zekere mate is zij daar ook in geslaagd”, aldus Raes die verder opmerkte dat specialisten en deskundigen onder wie sommigen van zijn medewerkers de indruk hadden dat zijn diensten het net van fraudeurs, smokkelaars en wapenhandelaars te dicht genaderd waren en op de hielen zaten en waarvan bovendien de belangen goed verdedigd werden door bepaalde personen. Het onderzoek trouwens dat de VSSE rond dat net in kwestie voerde, is dan op een dood punt gekomen...
Op de vraag van de journaliste of hij met betrekking hierop zinspeelde op gewezen premier en minister van staat Paul VandenBoeynants en baron Benoît de Bonvoisin, gewezen schatbewaarder en penningmeester van het CEPIC (de gewezen 'rechtervleugel' van de PSC, antwoordde Albert Raes met: “... en tutti quanti....”.
Daarnaast verwees Raes ook naar de verdachtmakingen die tegen hem en zijn dienst (VSSE) werden geuit: “Wij werden er van verdacht Westland New Post (WNP) boven de doopvont te hebben, gehouden. We werden tegelijkertijd, - wat trouwens contradictorisch is maar ik stel toch maar vast - aangezien als de peetvaders van de CCC. Ik werd zelfs beschuldigd de brandstichter te zijn van het uiterst linkse weekblad Pour. Bovendien werd ik voortdurend genoemd als een agent van de Sovjetrussische inlichtingendienst. Tot mijn eigen grote verrassing werd ik zelfs beticht de clandestiene organisator te zijn van de zogenaamde roze baletten. Ik heb zelfs tijdens een televisieuitzending een advocaat horen roepen en tieren dat ik moest aangehouden worden want dat ik het brein achter de Bende van Nijvel zou zijn”, aldus Albert Raes.
Wat die slachtpartijen van de Bende betreft voegde Raes er aan toe dat de Bende van de doders van Brabant als zodanig nooit heeft bestaan; wel waren er groepen misdadigers en personen die op eigen houtje handelden. Die hadden volgens hem nochtans met het politieke bedrijf niets te maken. Hun acties werden nooit opgeëist en na een zeer diepgaand onderzoek, is de Staatsveiligheid er nooit in geslaagd om een band of een binding tussen de doders en uiterst rechts of uiterst links aan te tonen of te bewijzen.
Ten slotte verwees Albert Raes in het interview op VTM volgens Belga geen enkele maal naar de verklaringen van gewezen rijkswachter Robert Beijer die sinds september 1994 voor het hof van assisen verschijnt in het gezelschap van Madani Bouhouche, een andere gewezen rijkswachter, en twee medebeschuldigden.
Beijer dient zich midden de jaren 90 voor het hof te verantwoorden met betrekking tot verscheidene misdrijven en delicten en heeft bij herhaling aangevoerd dat hij tijdens de jaren tachtig op verzoek van het hoofd van de Staatsveiligheid Albert Raes en de inmiddels geschorste commissaris bij de Staatsveiligheid Christian Smets allerlei opdrachten diende uit te voeren. Volgens Beijer zouden die taken en opdrachten niet enkel betrekking hebben gehad tot het beheer van garageboxen en flats maar ook tot het aanbod om een kopij te leveren van het politieke kaartsysteem van de rijkswacht aan gewezen minister en minister van Staat Philippe Moureaux. Verder ook zou Beijer gevraagd zijn om Paul vanden Boeynants de stukken toe te spelen die de onderzoeksrechter te zijnen laste inzake belastingontduiking en fraudepraktijken had opgesteld.
Volgens de VTM-journaliste heeft Albert Raes, buiten en na afloop van de reportage waarvan sprake, bevestigd wat hij reeds verklaard had in oktober jl. (1994) voor het hof van assisen, namelijk dat hij op geen enkel ogenblik ooit maar enig contact had gehad met Robert Beijer. In een omschrijving van de krachtlijnen van de Telefacts-uitzending van vanavond maandag stelde VTM zelf: “De biecht van Albert Raes is een controversieel tijdsdocument over een controversiële topambtenaar van een controversiële dienst. Raes treedt uit de schemerzone en met hem de Belgische inlichtingendienst. Uit zijn relaas blijkt alvast hoe het debat over tal van verschijnselen uit een recent verleden, waaronder de Bende van Nijvel, nog op gang moet komen”.