We gooien nog steeds acht miljoen ton plastiek in de oceanen. Elk jaar. Dat komt neer op een grote vuilniszak vol plastiekafval voor elke meter kustlijn ter wereld.
Bovendien neemt dat nog steeds toe. Tegen 2025 zal dat aantal verdubbeld zijn. Gelukkig zijn er mensen die hier tegen iets willen doen. Maak kennis met Andrew Turton en Pete Ceglinski, twee Australiërs die begaan zijn met de zee, en de Seabin introduceerden aan de wereld: een revolutionaire vuilbak die het afval uit het water filtert.
Vierentwintig uur per dag filtert deze prullenbak plastic flessen, papier, olie en meer van dit soort afval uit de zee. De werking ervan is zeer eenvoudig. Voorzien van een pomp zuigt de Seabin het water op en het afval blijft achter in de vuilbak. Het water wordt vervolgens opgepompt en door een systeem gebracht dat de olie scheidt van het water. Tenslotte gaat het gezuiverde water terug in de oceaan. “Een van onze doelen is dat we de Seabin kunnen maken van het plastic dat we uit de zee halen, zodat we met die Seabin weer meer afval kunnen filteren. Het is een soort domino effect”, zeggen de makers. “Het tweede doel is om een wereld te creëren waar we helemaal geen Seabins meer nodig hebben.”
De Seabin is al actief in de haven van Palma de Majorca in Spanje, maar de twee ontwikkelaars hopen dat hun apparaat in tal van havens, bij meren of zelfs op boten geïnstalleerd worden. Om deze ecologische afvalbak commercieel beschikbaar te maken, had het duo een crowdfundingcampagne gestart op Indiegogo. Ze hoopten daar 230.000 dollar (212.000 euro) op te halen, hetgeen al ruim overschreden is. Geef deze jongens een medaille voor hun inzet en creativiteit.
