Vlaanderen als wapensmid van de toekomst.
Vlaams minister-president Matthias Diependaele (N-VA) trekt de geldbuidel open. Tiens, plots kan het wel. Een gloednieuw defensiefonds krijgt een smak van 1 miljard euro. Vlaams belastinggeld, dat moet dienen om de Vlaamse defensie-industrie uit te bouwen. of moeten we het de ‘offensie-industrie’ noemen? De federale pot van partijgenoot Theo Francken was blijkbaar nog niet genoeg. Het idee van Diependaele? Vlaamse bedrijven klaarstomen om te scoren in de internationale militaire arena. Juist. Dat het met dat miljard geen zier helpt om België dichter bij de NAVO-norm van 2 procent bbp-uitgaven te krijgen? Details, vindt Diependaele.
Ze zullen ons niet temmen, de fiere Vlaamse ijzervreters
Vrijdag hoopt Diependaele een akkoord af te dwingen in de Vlaamse regering. Diependaele wil niet zomaar subsidies uitdelen, maar investeren in bedrijven die zich met hightech militaire snufjes bezighouden. Denk aan drones, cybersecurity en luchtvaarttechnologie, sectoren waar Vlaanderen nu nog een miniatuurspeler is. De Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV) wordt het grote vehikel dat de fondsen zal beheren en bedrijven financieel zal spekken.
Maar eerst moet een stokoude regel sneuvelen. De richtlijn van ex-minister Philippe Muyters (N-VA), die stelt dat defensie-investeringen ook een civiele toepassing moeten hebben, wordt de prullenmand in gekieperd. Onderzoeksinstellingen en universiteiten krijgen zo vrij spel om zonder omwegen in militaire innovatie te duiken. En dat zonder al te veel bureaucratisch geneuzel.
N-VA schudt pacifisme van zich af
Ooit een partij met een pacifistische inslag, maar nu schakelt N-VA moeiteloos over naar de rol van gewiekste wapensponsor. Geen raketten of tanks, maar hoogtechnologische snufjes die zowel op als naast het slagveld bruikbaar zijn. Van bedrijven als ScioTeq, die al beeldschermen voor tanks leveren aan het Duitse Rheinmetall, tot nieuwe spelers die willen meesurfen op de golf van militaire innovatie.
Om het fonds te spekken, pompt Vlaanderen 1 miljard euro rechtstreeks in PMV. Daardoor zwelt de portefeuille van de Vlaamse investeringsmaatschappij met een fikse 50 procent. En er wordt ook een onderzoeks- en ontwikkelingspotje opengetrokken, dat tegen 2029 jaarlijks 50 miljoen euro voor defensieprojecten zal voorzien. Het kan niet op. De Russen zullen nogal eens bibberen en beven, niet waar? Al is er wel één ‘dingetje’. De Vlaamse schuld stijgt naar een smakelijke 68 miljard euro, of 95 procent van de inkomsten. Maar geen zorgen, aldus Diependaele, want “die participaties gaan dividenden opleveren”.
Coalitiepartners op de rem
Niet iedereen zit op Diependaele’s militaire stormram te wachten. Vooruit en CD&V slikken hun koffie iets te heet binnen bij het horen van het miljard. “Is dat bedrag écht nodig?” klinkt het sceptisch. Want terwijl de federale regering krampachtig probeert om de NAVO-norm van 2 procent te halen, mogen de Vlaamse defensiebudgetten daar niet eens bijgeteld worden. Een duur prestigeproject zonder strategisch nut, vinden mensen met gezond verstand.
Daarnaast vrezen de socialisten voor een complete deregularisering van militaire investeringen. Al benadrukt Diependaele dat de exportcontroles stevig blijven. Geen Vlaamse technologie die in dubieuze handen valt, en de vergunningsprocedures worden enkel versneld, niet afgeschaft.
Vlaanderen militariseert verder
Diependaele’s plannen reiken verder dan enkel een miljard euro tegen de schouder gooien. De regering werkt aan een Vlaams Centrum voor Digitale Veiligheid om de cyberbescherming van overheden te versterken. Alsof het een blockbuster uit Hollywood is, wordt een “militaire route” van Antwerpen tot Luik klaargestoomd voor het transport van materiaal.
Vlaanderen - of beter: N-VA - trekt de defensieve schoenen aan en wil internationaal een grotere rol spelen. De vraag is alleen of de coalitiepartners en de belastingbetaler dat mee willen financieren.
(Foto: Bert Van Den Broucke/Photo News)
