De Italiaanse Leonarda Cianciulli vermoordde slechts drie vrouwen, maar toch is ze een van de meest gruwelijke killers die Italië ooit gekend heeft.
De Netflix-serie ‘Monster: The Jeffrey Dahmer Story’ over seriemoordenaar Jeffrey Dahmer is thans een, euh, monsterhit. Er zijn echter nog heel wat bloedstollende, waargebeurde verhalen van seriemoordenaars die al dan niet verfilmd werden. Vandaag: een van de meest gruwelijke killers die Italië ooit gekend heeft.
Zelfmoordpogingen
In de barkoude winter van 1892 - 1893 zoeken een zekere Mariano en ene Emilia elkaar geregeld op. Voor de zeventienjarige Emilia is het gewoon vriendschap, maar Mariano wil meer. Op een dag verkracht hij Emilia.
De lente breekt aan, de vogeltjes beginnen te fluiten en… het buikje van Emilia groeit. Heel Montella spreekt schande. Er is maar een manier om te voorkomen dat de toorn van god niet neerstrijkt over het dorp: de zwangermaker moet gevonden worden en voor het altaar gesleept.
En zo geschiedt. Maar niet van harte. Emilia huilt zich iedere avond in slaap, terwijl Mariano gaat pintelieren. Op 14 november 1893 wordt Leonarda Cianciulli geboren.
Ze is te veel op de wereld. Dat voelt de kleine meid al snel aan. Liefde krijgt ze niet van haar ouders, die binnenskamers koosnaampjes als ‘frigide frigo’ en ‘vuile alcoholist’ voor elkaar hebben. Op zevenjarige leeftijd onderneemt Cianciulli een eerste zelfmoordpoging, een jaar later een tweede.
Wanneer Cianciulli een prille tienermeid is, gebeurt er iets wonderbaarlijks. Haar ouders vinden god én elkaar. Vader gooit de fles Sambuca aan de kant én hij mag af en toe moeders tuintje omspitten. Het wordt nog een vrij gelukkig gezinnetje.
Vervloekt
In de lente van 1914 – Cianciulli is dan 21 – leert ze Raffaelle Pansardi kennen, een administratief bediende. De twee worden verliefd, maar Cianciulli’s ouders zijn daar glad tegen. Ze vinden dat hun knappe dochter wel wat beters kan krijgen dan een pennenlikker.
De tortelduifjes vinden daar spoedig wat op. Het gras staat nog net geen twee kontjes hoog, wanneer ze samen een weide induiken.
Natuurlijk zijn er getuigen, dat is ook de bedoeling. Nu moeten ze wel trouwen, of het dorp riskeert andermaal de straf van god. Moeder is boos, vader is woest. De twee stappen in het huwelijksbootje en verhuizen naar Lariano, zo’n 250 kilometer verder. Cianciulli is er echter van overtuigd dat haar moeder haar hierom heeft vervloekt. Het leven lacht het kersverse paar ook niet bepaald toe. Zeventien keer raakt Cianciulli zwanger. Drie keer krijgt ze een miskraam, tien kinderen sterven reeds op jonge leeftijd door ziekte.
Alsof dat nog niet genoeg is, wordt hun huis in 1930 ook nog eens volledig verwoest door een aardbeving. Het gezin verhuist naar Correggio, zo’n 460 kilometer noordwaarts.
De waarzegster
Het huishouden wordt onmiddellijk goed onthaald in de dichtbevolkte gemeente. Manlief gaat ook daar aan de slag als administratief bediende, Cianciulli opent er een kruidenierswinkeltje.
Eindelijk lijkt het leven wat vriendelijker. Maar Cianciulli is bang dat het niet zo zal blijven. Ze bezoekt een zigeunerin om de toekomst te laten voorspellen. “Ai ai”, zegt die. “In je linkerhand zie ik de gevangenis, in de rechter een psychiatrische instelling. En de kinderen zullen vroegtijdig aan hun einde komen.” Cianciulli, een bijgelovige vrouw, is er het hart van in.
“Ik moet drie moorden plegen”
Leonarda Cianciulli verloor in totaal dertien kinderen. Voor de vier die overblijven, is ze een overbeschermende moeder. In 1939 moet oudste zoon Guiseppe het Italiaanse leger in, omdat de Tweede Wereldoorlog voor de deur staat. Cianciulli doet alles wat ze kan om haar zoon thuis te houden, maar het leger heeft alle gezonde mannen nodig en daarmee basta. De vrouw is bang.
Cianciulli’s bijgeloof speelt weer op. “Als ik nu iemand het leven ontneem? Iemand anders offer aan god? Dan mag Guiseppe blijven leven. Ik zal drie vrouwen vermoorden, om zeker voldoende offers te brengen.”
Faustina Setti
“Tussen de pizza en de pasta door heb ik een cursus toekomst voorspellen gevolgd”, zo maakt de vrouw haar mededorpelingen wijs. “En ik heb er talent voor.” Ze slikken Cianculli’s verhaal als zoete cioccolatini en heel wat vrouwen gaan bij haar op consult.
Een van die vrouwen is Faustina Setti, spinster van beroep en wanhopig vrijgezel. “Ik zie spoedig een man aan uw zijde”, vertelt Cianciulli. “Maar het zal niet gemakkelijk zijn om hem voor jou te winnen. Ik zie… een plan.”
Ze maakt Setti wijs dat ze haar toekomstige moet zoeken in een stad, zeshonderd kilometer zuidwaarts. “Volg nauwkeurig mijn instructies en vertrek over twee dagen”, vertelt Cianciulli. “En schrijf alvast postkaartjes voor je familie dat je goed aangekomen bent. Ik zal die dan wel opsturen, dan hoef jij je daar niet mee bezig te houden.”
De dag van haar vertrek komt Setti nog een keer langs voor de laatste instructies. Cianciulli biedt haar een glaasje wijn met slaapmiddel aan. Wanneer Setti in dromenland is, haalt Cianciulli een bijl boven. Daarmee kapt ze de vrouw in negen stukken. Het bloed vangt ze op in een emmer.
De negen stukken stopt ze in een grote ketel. Daar voegt ze zeven kilogram bijtende soda aan toe. Roeren maar tot het een vloeibare massa wordt, in de dichtstbijzijnde sceptische put ermee en gedaan.
Inmiddels is dat bloed in de emmer gestold natuurlijk. Cianciulli laat het verder drogen in de oven en mixt er daarna bloem, suiker, chocolade, margarine en melk in en bakt er koekjes van. Die ze dan weer verkoopt in haar winkeltje.
Francesca Soavi
Francesca Soavi is naarstig op zoek naar werk. Cianciulli ‘ziet’ dat een leuke job op haar ligt te wachten in Piacenza, een slordige honderd kilometer verderop. Ze weet ook Soavi te overtuigen op voorhand postkaarten te schrijven. Op 5 september 1940 wordt ze in stukken gehakt met een bijl, haar lichaam wordt opgelost in soda en weggegoten. Van het bloed bakt Cianciulli wederom koekjes.
Virgina Cacioppo
Ook Virgina Cacioppo is wanhopig op zoek naar werk. Voor haar ‘ziet’ Cianciulli een droomjob in Florence. Op 30 september 1940 komt Cacioppo bij Cianciulli over de vloer, eveneens met de gevraagde postkaarten.
Cacioppo vertrekt, net als haar voorgangsters, met een glaasje wijn voor de laatste keer richting dromenland. Ook haar lichaam wordt in stukken gekapt en het bloed opgevangen in een emmer.
Wanneer Cianciulli het lichaam oplost in bijtend zuur ziet ze dat Cacioppo veel meer vet heeft dan de andere twee slachtoffers. Daardoor wordt het geheel een lichte, smeuïge massa. Cianciulli krijgt een idee: enkele flesjes parfum erbij, lang genoeg laten koken, in vormpjes gieten, laten uitharden en voilà: stukken heerlijk geurende, zachte zeep. Ook die verkoopt ze in haar winkel. Net als de koekjes, die Cianciulli traditiegetrouw van Cacioppo’s bloed bakt.
De schoonzus
Maar Cacioppo’s schoonzus was er niet gerust in dat Virginia zo ver zou gaan werken. Stiekem had ze haar gevolgd, tot bij Cianciulli’s huis. Daarna was ze een koffie gaan drinken aan de overkant van de straat terwijl ze het bewuste huis nauwlettend in het oog hield. Ze ziet ze nooit meer vertrekken.
De schoonzus stapt met haar verhaal naar de politie, maar het duurt nog weken voor die in gang schiet. Uiteindelijk wordt Cianciulli toch gearresteerd. Ze gaat onmiddellijk over tot bekentenissen.
Het is al september 1946 als Cianciulli schuldig bevonden wordt aan drievoudige moord. Ze krijgt dertig jaar celstraf. Op 15 oktober 1970 overlijdt ze in de vrouwengevangenis van Pozzuili aan een beroerte.
De ketel waarin ze de lichamen van haar slachtoffers oploste, is nog steeds te bewonderen in het Criminologisch Museum van Rome. Net als de bijl waarmee ze de drie vrouwen in stukken hakte.