Wat doet een burger met vakantie als je in eigen land moet blijven? Dan ga je toch op verkenning in onze Vlaamse steden. Vandaag gingen we op bezoek in Leuven, niet in het centrum, maar in de buurt achter het station.
We startten onze tocht aan de parel van de Vlaamse gemeenschap: het Dirk Boutsgebouw aan dat station van Leuven. Niets verkeerds aan het gebouw. Interessant waren de 3 mannen van Noord-Afrikaanse afkomst die de ramen aan het lappen waren. Op een bepaald ogenblik hadden ze ruzie. De oudste van de drie verweet de jongste dat hij een raamwisser had stukgemaakt. De ruzie in het Frans bleef maar duren. Maar we moesten verder.
In de verte kwamen vrachtwagens van AB Inbev af en aan gereden. Jupiler stond er op die opleggers. Er wordt dus nog steeds bier geleverd, weliswaar aan de supermarkten. Onder de brug ging het richting Diest op de beruchte Diestsesteenweg.
Een jongeman vond het leuk om zijn BMW M3 (oud model) uit te testen. Aangezien de wagen over heel wat hengsten beschikt, zat hij snel aan een snelheid die onverantwoord was. Pech voor de kerel. Iets verder stond een combi die een bestelwagen met drie mannen van vreemde origine aan de kant had gezet. De snelle man met de M3 mocht zijn wagen ook opzij zetten.
We kwamen het ene na het andere huis tegen dat onbewoonbaar was verklaard. In een andere woning die er niet veel beter uitzag zagen we naast de bel 6 keer de naam Mohammed staan. Mohammed 1 had de code kort kort lang. Mohammed 2 de belcode lang kort kort. De vijfde Mohammed had zijn naam gecorrigeerd in Mohamed. Hij had eigenhandig de tweede m doorgestreept. Het deed me denken aan studenten op kot.
Iets verder verkocht de dame des huizes haar oude schoenen. Een paar afgeleefde schoenen, maat 39, kostte 10 euro. Dat is geen geld. En in het huis ernaast werd zelfs de volledige inboedel uit de jaren zestig verkocht. Je kon bellen naar een nummer. De dikke laag stof op het meubilair gaf aan dat de inboedel er toch al een tijdje stond. Ondertussen raasde het verkeer verder op de steenweg. Ik las dat er binnenkort werken zijn. Dat zal nodig zijn.
Aan de overkant zag ik uitgeverij Van Halewijck. Ik herinnerde me onze afspraak van alweer 14 jaar geleden daar voor de promotie van ons boek. Aan die kant van de steenweg is er ook een winkel waar de tijd echt is blijven stilstaan. Op zoek naar een vaste telefoon uit de jaren tachtig? Daar moet je zijn.
Iets verder stuit je op een compleet vervallen gebouw. Het deed me denken aan verloederde buurten in Brussel met dat verschil dat ik me er niet onveilig voelde. Het was natuurlijk dag en de politie was prominent aanwezig. Naast het vervallen gebouw zijn er zowaar volkstuintjes.
Op de terugweg hing aan een van de vervallen huizen een poster met foute informatie over Palestina. Een ding is zeker: vrienden van Israël zul je hier amper vinden. De politiecombi stond nog steeds op straat en de drie kerels zaten nog steeds in hun bestelwagen. De politieman in de combi knikte zowaar vriendelijk toen ik in zijn richting keek.
Van al dat wandelen zou een mens dorst krijgen en dat zou in normale tijden niet moeilijk zijn. Naast de kerk van Kessel-Lo is er een café waar ze uiteraard Stella schenken. Door corona kan dit niet. We kwamen opnieuw aan het Dirk Boutsgebouw. Toen ik er een uur daarvoor langsliep, waren er 6 of 7 jonge kornuiten kunstjes aan het uithalen op hun skateboards. Nu waren er twee gemaskerde politievrouwen op de fiets die de jongeren wegstuurden. De schoonmakers waren ook verdwenen. De ramen van het gebouw zagen er opnieuw fris uit. Dat geld van de Vlaamse burger is dan toch goed besteed.