Het is vrijdag 27 september 1985 omstreeks 20u35 in Overijse.
Op de Brusselsesteenweg, nr 399, bevindt zich in gehucht Jezus-Eik supermarkt Delhaize. Even voordien was er in Eigenbrakel (Braine-l’Alleud) een ‘hold up’ op een ander warenhuis van Delhaize met 3 dodelijke slachtoffers.
Een voertuig, waarschijnlijk een VW Golf, parkeert zich op de parking achter de handelszaak Windekind. Drie mannen stappen uit het voertuig en wandelen op een lijn langs de struiken. Drie kinderen spelen met hun fiets op de parking.
Ter hoogte van de jongeren vragen de drie mannen hen om onmiddellijk van hun fiets te stappen. Twee jongens rijden onmiddellijk weg. De derde jongen, eens afgestapt van zijn fiets, wordt onmiddellijk en meedogenloos neergeschoten door een van de daders gewapend met een riot gun.
Diezelfde dader zoekt een te gijzelen persoon. Hij kruist hierop meerdere personen op zijn weg en duidt tenslotte een persoon aan die als schild zal dienen voor het uitvoeren van de hold-up.
De daders betreden het grootwarenhuis en bevelen de klanten om op de grond te gaan liggen. Een van de daders vuurt hierop in de richting van de kassa’s. Hij verwondt hierbij meerdere personen. Ondertussen begeeft een andere dader zich richting burelen. Op zijn weg vuurt hij meerdere malen in de richting van de kassa’s.
Ondertussen bekommert de derde dader zich om de klanten in de winkel, en ook om de gegijzelde persoon. Hij blijft als uitkijk bij de ingang staan.
De dader die ondertussen het lokaal bereikt waar de brandkoffer staat, laat deze openen en steelt er het aanwezige geld. Samen met een van de mededaders neemt hij ook de koffer met het kleingeld mee.
Tijdens hun terugweg naar de uitgang van de winkel maken de daders meerdere kassa’s leeg. Ze nemen ook de gegijzelde persoon mee en verlaten hierop de winkel. Op de parking staat een PEUGEOT 504. De bestuurder wordt onder vuur genomen. Hij slaagt erin zijn voertuig te verlaten en te ontsnappen aan de daders.
Een andere persoon bevindt zich eveneens op de parking, hij staat naast zijn voertuig Ford Sierra. Wanneer hij terug in zijn voertuig wilt stappen, wordt hij koelbloedig neergeschoten. De gegijzelde persoon wordt eveneens koelbloedig vermoord door meerdere schoten, afkomstig van de wapens van twee daders.
De drie gangsters nemen terug plaats in een wagen en vertrekken aan hoge snelheid in de richting van Brussel.
Totale buit: 2.511.103 BEF (zijnde ongeveer : € 62.249). Beschrijving van de daders: Dader 1: 40 jaar oud - 1m90 (mogelijk nog groter) – Draagt een masker die een oude gerimpelde persoon voorstelde. Dader 2: 1m75 - 1m80 – Normale lichaamsbouw – Drager van een lange jas, donker- blauwe of zwarte kleur, donkere broek. Militair schoeisel. Draagt een hoed of zwarte muts. Dader 3: 1m70 - 1m80 – Normale lichaamsbouw – Donkere kledij – draagt een masker.
De man die naast zijn Ford Sierra ‘koelbloedig wordt neergeschoten’ is bankier Leon Finné. Aan die officiële versie wordt overigens tot vandaag ernstig getwijfeld.
Finné was ooit filiaalhouder van de Banque Copine en zou betrokken zijn geweest bij illegale geldtransfers van Congo naar Luxemburg. Ook zou hij contacten hebben gehad met de wapenhandel.
Die bank was bovendien verbonden met North Europe Insurance & Reinsurance. Aandeelhouders Aldo Vastapane en Charly De Pauw behoren tot de kennissenkring van politicus Paul Vanden Boeynants (VdB).
Beheerder Ronald Rossignol had aanzienlijke sommen geleend van Jacques van Camp, gewezen architect uit de groep Blaton, maar in de horeca gestapt. In zijn restaurant waren VdB en rijkswachtgeneraal Beaurir regelmatige klanten. Van Camp werd in oktober '83 door de bende doodgeschoten.
Via de fiducaire Office de Représentation Fiscale, Blaton was daar klant, kende van Camp José vanden Eynde, die in december '82 door de bende werd vermoord.
Tussen verschillende slachtoffers van de Bende van Nijvel zijn er dus financiële banden en mogelijk gaan die allemaal terug tot de omgeving van oud-premier Vanden Boeynants.
Een zevental bendeslachtoffers zouden betrokken zijn geweest in witwassen en trafieken van wapens, drugs, diamanten en edele metalen. Een crimineel netwerk had zich toegang verschaft tot de omgeving van enkele prominenten.
De aanslagen van de bende zouden mogelijk afrekeningen geweest zijn in dat milieu. De trafiek en witwasoperaties draaien rond drie firma's: die ondertussen ter ziele gegane Banque Copine, het vleestransportbedrijf van VdB, Euromeat en nog enkele medische laboratoria met Paul Cams als hoofdfiguur (zie verder).
In de witwasoperatie speelde ook de trafiek van diamanten en edele metalen een belangrijke rol. Het diamantairsechtpaar Szymusik en de taxichauffeur Constantin Angelou, allen in '83 vermoord, waren bij die trafiek betrokken. Ook Elise Dewit en haar partner Jacques Fourez, eveneens vermoord door de Bende, waren bekenden uit het milieu rond VdB. Dewit werkte ooit bij de Brusselse notaris Lefère en ontvreemdde de gewestplannen van de rakettenbasis Florenne. Aan die installatie ging een grondspeculatie vooraf. Lefère stelde bovendien de notariële acte op van het World Trade Centre, een project rond De Pauw en VdB, en van Euromeat, het vleestransportbedrijf van VdB, dat in '80 door de rijkswacht werd doorgelicht wegens mogelijke drugstransporten in diepgevroren vlees.
Een ander slachtoffer in november '83 was Paul Cams, eigenaar van een aantal klinische labo's en nam het hotel-restaurant Carlton over, de pleisterplaats van VdB, De Pauw en de Brusselse jetset. Cams wilde er een casino oprichten. In zijn agenda werd het adres van Euromeat teruggevonden. Zijn dood werd nooit aan de bende toegeschreven.
In de tweede bendecommissie: "Ik (Jean-François Godbille, eerste substituut van het parket van Brussel) heb vastgesteld dat de heer Finné actief was als fondsenwerver - dat hebben wij gezien in het kader van het dossier van het Crédit commercial et financier - via de holdingmaatschappij Credithold. Het gaat hier om een Luxemburgse dochtermaatschappij van het Crédit commercial et financier, die zelf een reeks andere handelsmaatschappijen bezit. Ik denk bijvoorbeeld aan de maatschappij North Europe Insurance Company, die werd beheerd door Ronald Rossignol. Wij merkten dat die man zeer interessante leningen had toegestaan met name aan de heer Van Camp, die het restaurant Les Trois Canards uitbaatte. Men kan zich afvragen waarom hij die leningen verstrekte. Dat is een as die te onderzoeken is. In elk geval zagen wij dat er laakbare elementen bestonden die die personen met elkaar in verband brachten. Achter gesloten deuren zal ik andere elementen noemen die algemeen gekend zijn.”