100 km gelopen in een kleine 6 uur, maar niemand die hem geloofde.
6 uur, 3 minuten en 51 seconden, zoveel had Jean-Paul Praet in juni 1986 nodig om 100 km te lopen. Maar dat onwaarschijnlijke wereldrecord werd nooit erkent. Praet is ondertussen 65 jaar en heeft alle mogelijke en onmogelijke redenen te horen gekregen, waarom hij geen wereldrecordhouder is. De 100 km werd toen nog niet als officiële wedstrijd erkend door de Internationale Atletiekbond IAAF (intussen omgedoopt tot ‘World Athletics') Het parcours in Torhout was (slechts) door een plaatselijke landmeter berekend en dus niet officieel. Hij had in Zuid-Afrika gelopen op het moment dat er nog apartheid heerste en was dus politiek niet correct. Hij kan/kon (20 jaar na datum) geen schriftelijk bewijs van een negatieve dopingtest voorleggen, hoewel er destijds geen attesten van negatieve testen bestonden. En twee Franse ultralopers — die 2de en 6de werden — zijn gaan rondstrooien dat hij een deel van het parcours had ‘afgesneden’ en geen 100 maar 95 km had gelopen.
Bij wijze van eerherstel krijgt Jean-Paul Praet nu een documentaire van SPORZA. Dat vindt hij zijn mooiste prijs. Al is er nog eentje. "Momenteel is de Japanner Nao Kazami, de officiële wereldrecordhouder op de 100 km, met een tijd van 6 uur, 9 minuten en 14 seconden”, vertelt Praet in ‘Het Laatste Nieuws’. "Wel, hij heeft gezegd dat hij een volgende keer onder mìjn tijd wil duiken. Ik heb die mens nooit ontmoet, maar dat is het mooiste compliment dat hij me kon geven.”
De Sporza-documentaire ‘De Nacht van Vlaanderen' is zondag te zien op Eén om 16.45 uur