Start Magazines Zoeken Shop Rubrieken

De vergeten overwinning: grootvader van Kompany versloeg Italianen in Afrika

Thierry Debels - 20-07-2023

Morgen wordt de Belgische feestdag gevierd, maar de meeste Belgen - koning Filip incluis - kennen hun eigen geschiedenis niet eens. Zo weten ze niet dat Belgen mee verantwoordelijk waren voor een klinkende overwinning op de Italianen in Afrika in 1941. Nog straffer: de grootvader van voetballer Vincent Kompany vocht samen met mijn grootvader in 1941 tegen die fascisten in wat vandaag Ethiopië is.

De algemene indruk is immers dat de Belgen de wapens neergelegd hebben na de laffe capitulatie door de grootvader van Filip in mei 1940, maar niets is minder waar. Vanuit onze kolonie werd het verzet tegen de fascistische regimes verder georganiseerd.

Na die roemloze Achttiendaagse Veldtocht twijfelde de gouverneur-generaal van Belgisch-Congo aanvankelijk of de kolonie de kant van de regering (doorvechten) of van de koning (capitulatie) diende te kiezen.

LONDEN

Op 4 juli 1940 kwam de katholieke minister van Koloniën Albert de Vleeschauwer aan in Londen en schakelde Congo in bij de geallieerde oorlogsinspanning en dan vooral op economisch vlak .

België is vanaf 19 november 1940 ook in oorlog met Italië. In die context komt een Belgisch-Britse samenwerking tot stand.

Uiteindelijk besloot de gouverneur-generaal de kant van de geallieerden te kiezen. In 1941 vroeg Winston Churchill dan een militaire bijdrage van de Openbare Weermacht (Force Publique) voor de Britse troepen in Kenia en Soedan die een veldtocht planden tegen Abyssinië (Ethiopië vandaag) dat door de Italianen werd bezet.

SAIO VEROVEREN 

Het plan bestond erin om de belangrijke plaats Saio op de Italianen te veroveren. Saio (ook Saïo) was een Italiaanse garnizoensstad bij de grens met Soedan (nu Zuid-Soedan). Garnizoen is een militaire term voor een ongedefinieerd aantal soldaten of militaire onderdelen dat op een specifieke plaats is gestationeerd.

Vandaag heet Saio Dembi Dolo (soms geschreven als Dembidolo, Dambidollo of Denbi Dollo, maar meestal Dembi Dolo), een stad in het westen van Ethiopië. (zie onder voor een kaartje)

Het elfde (XI) bataljon van die Openbare Weermacht - met onder anderen officier Carlo Blomme - arriveerde vanuit Belgisch-Congo om de Britse gelederen te versterken door het bergachtige westen van Abessinië aan te vallen. Er is dan zowat een Belgisch officier per vijftig Congolezen.

Ook de vader van Pierre Kompany vocht mee. Pierre in 2020 in Knack: “Mijn vader was een soldaat in het koloniale leger tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij vocht bij de slag om Saio, waar de Force Publique de Italiaanse troepen in Ethiopië een beslissende nederlaag heeft toegediend.” De grootvader van Vincent Kompany had een zeer belangrijke functie in 1941: hij was elektrotechnicus, gespecialiseerd in morsecode en radiotransmissie.

START IN JANUARI 41

In januari 1941 werd het “Belgian Contingent in Sudan” (BCS) opgericht, bestaande uit dat XIe bataljon van de Force publique. Begin februari 1941 begon het aan zijn opmars van meer dan 1.000 km naar zijn eerste objectief in Abessinië. Het ging per boot en vrachtwagen maar vooral te voet. De omstandigheden waren zeer zwaar. 

Vanuit de Ethiopische hooglanden namen de Belgische koloniale troepen van de 1ste brigade, onder bevel van generaal-majoor Auguste-Édouard Gilliaert, in mei 1941 snel en zonder veel moeite de kleine steden Asosa en Gambela in na meer dan 1.000 km van hun Congolese bases te zijn opgerukt. De slag om Saïo zou moeilijker worden.

Nadat de Belgisch-Congolese troepen op 8 juni 1941 zware beschietingen hadden uitgevoerd vroegen de Italianen - die nochtans numeriek in de meerderheid waren - om een wapenstilstand.

WITTE VLAG

De Slag bij Saïo zette Mussolini's Italiaanse troepen tegenover Congolese troepen van het Belgische koloniale rijk in westelijk Abessinië op 2 juli 1941.

Dit is de laatste episode van het beleg van Saïo (nu Dembidolo), dat sinds 25 maart had geduurd. Op 3 juli wapperden de laffe Italianen met de witte vlag en de Belgische troepen trokken Saïo binnen op 6 juli, wat het einde betekende van de Italiaanse gevechten in Abessinië.

De Belgen legden hiervoor de voorwaarde van de totale overgave tegenover waarmee de Italianen instemden. Hierbij werden negen Italiaanse generaals, 370 officieren, 2.574 onderofficieren en 1.533 inlandse soldaten gevangen genomen.

Daarnaast werden nog eens 2.000 gevangen genomen ongeregelde inlandse troepen ontbonden.

De Belgen maakten ook een grote arsenaal aan materieel buit waaronder 18 kanonnen, 4 mortieren, 200 mitrailleurs en talrijke geweren. Aan Belgische zijde vielen er bij de gevechten 46 slachtoffers.

Aan Belgische zijde vielen 4 doden en 6 zwaargewonden, aan Afrikaanse zijde bezweken 42 mannen aan ziekte of hun verwondingen. Van de dragers kwamen er 274 om het leven, vooral door uitputting en dysenterie.

Na de Abyssinische veldtocht keerde keizer Haile Selassie uit ballingschap terug en werd het keizerrijk hersteld. Belgen - zoals commandant Carlo Blomme - werden hiervoor persoonlijk door de keizer bedankt en onderscheiden.

De slag om Saio was een zware nederlaag van het fascistische Italië en een van de grootste overwinningen uit de Belgische militaire geschiedenis. Spijtig genoeg een stukje vergeten geschiedenis.

foto's: copyright familie Blomme

 

Afrika Vincent kompany Congo Pierre kompany Carlo blomme

Reacties

Resterende karakters 500
Nieuwsbrief Mis nooit meer het laatste nieuws, exclusieve aanbiedingen en boeiende verhalen van P-magazine! Schrijf je nu in voor onze nieuwsbrief en blijf altijd op de hoogte.
Zoeken