In naam van Jahwhe.
Human Rights Watch beschuldigt Israël van “grootschalige, gedwongen ontheemding” van Palestijnen in de Gazastrook, een actie die volgens hen neerkomt op etnische zuivering. Sinds de recente escalaties zouden volgens HRW bijna twee miljoen Palestijnen op de vlucht zijn gedreven, onder het mom van veiligheidsmaatregelen die burgers juist zouden moeten beschermen. De vernietiging van infrastructuur en woningen suggereert volgens HRW een opzet voor permanente ontheemding. De organisatie roept op tot internationale sancties en herziening van steun aan Israël om deze praktijken te stoppen.
Mensenrechten, hoe bedoel je?
Sinds de uitbraak van de oorlog in de Gazastrook in oktober 2023 is de situatie voor Palestijnen verergerd. HRW beschrijft de gedwongen ontheemding als “massaal en doelbewust”, waarbij meer dan 90 procent van de bevolking – zo’n 1,9 miljoen Palestijnen – betrokken zou zijn. Het rapport van meer dan 150 pagina’s legt de nadruk op de grootschalige vernietiging van woningen en civiele infrastructuur, waarbij details worden gegeven over de plannen van Israël voor zogenaamde bufferzones en veiligheidscorridors.
De vernietiging is zodanig dat het lijkt te wijzen op een intentie tot permanente ontheemding, wat volgens HRW niet onder de voorwaarden van het internationaal oorlogsrecht valt. “De beweringen van Israël dat dit noodzakelijk is voor militaire doeleinden zijn ongegrond,” stelt de organisatie, en verwijst naar hun eigen onderzoeksbevindingen die deze beweringen ontkrachtigen.
Oorlogsrecht en bescherming van burgers
Volgens HRW is ontheemding van burgers enkel gerechtvaardigd in uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld wanneer er dwingende militaire redenen zijn. Israël rechtvaardigt zijn acties door te stellen dat gewapende Palestijnse groepen zich onder de bevolking bevinden, maar HRW heeft niet één plausibele militaire reden kunnen vinden voor de brede ontheemding van de Gazaanse bevolking. De evacuatiebevelen, die vaak chaotisch en onsamenhangend waren, hebben meer onrust en angst veroorzaakt dan dat zij de veiligheid van de burgers zouden verbeteren.
De organisatie wijst erop dat herhaalde evacuaties en meer recente offensieven in het noorden van de Gazastrook waarschijnlijk resulteerden in nog meer ontheemding, waarbij honderdduizenden opnieuw gedwongen werden hun huizen te verlaten.
Humanitaire crisis in de Gazastrook
De humanitaire situatie in Gaza is kritiek. Israël wordt aangesproken op zijn verplichtingen om ontheemde burgers passende opvang te bieden, maar volgens HRW is er aanzienlijk gebrek aan basisvoorzieningen zoals voedsel, water en sanitair. Bovendien verzaakt Israël aan zijn verplichting om de Palestijnen de mogelijkheid te bieden terug te keren naar hun huizen, met de vernietiging van grote delen van de Gazastrook als gevolg.
HRW benadrukt dat de huidige situatie door veel geïnterviewde Palestijnen wordt ervaren als een tweede 'Nakba' – de catastrofe die Palestijnen ondervonden bij de oprichting van de staat Israël en de daaropvolgende verdrijving van duizenden Palestijnen in de jaren veertig.
Etnische zuivering als beleid
De conclusies van HRW zijn ernstig: zij spreken van een “wijdverspreide en systematische” ontheemding die deel uitmaakt van een overheidsbeleid en daardoor een schending van de mensenrechten vormt. De realiteit dat bepaalde delen van Gaza mogelijk permanent onbewoonbaar zijn gemaakt, wordt beschouwd als een voorbeeld van etnische zuivering.
Oproep aan de internationale gemeenschap
HRW roept de internationale gemeenschap op tot actie. De organisatie pleit voor druk op de Israëlische regering om haar internationale verplichtingen na te komen en de bescherming van Palestijnse burgers te waarborgen. Daarnaast worden er gerichte sancties voorgesteld, en een herbeoordeling van wapenverkopen en militaire steun aan Israël wordt aangeraden.
“Wie nog steeds wapens aan Israël levert, geeft in feite een blanco cheque voor verdere wreedheden,” aldus HRW, dat ook vindt dat de aanklager van het Internationaal Strafhof in Den Haag de ontheemding van Palestijnen en het belemmeren van hun terugkeer moet onderzoeken als misdaden tegen de menselijkheid.