Op 5 augustus 2014 werd de reactor van Doel 4 automatisch stilgelegd. Er was een storing aan de stoomturbine in het niet-nucleaire gedeelte van de kerncentrale. Al snel na het incident bleek sabotage in het spel te zijn.
Iemand had de oliehendel van een evacuatieleiding doelbewust opengezet. Die hendel dient om bij een brand de smeerolie snel af te leiden naar een noodreservoir. Door ze open te draaien, ontstond een gebrek aan smeerolie. Die olie, zo'n 65.000 liter, is nodig om de 50 meter lange as in de turbine gesmeerd te houden.
In de beveiligde zone werd eerst een hangslot verwijderd. De dader is op een legale manier in de technische perimeter binnengeraakt. Het kan zijn dat de dader alleen handelde of dat meerdere mensen erbij betrokken zijn.
De persoon die de hendel heeft opengedraaid moet een werknemer van Engie of een onderaannemer zijn. In ieder geval iemand die toegang had tot de technische zone.
De speurders sluiten ook niet uit dat de uitvoerder de opdracht van buiten het bedrijf heeft gekregen. Naast de enorme materiële schade was er ook het grote economisch verlies voor het bedrijf.
Na verder onderzoek werd ook duidelijk dat op 10 juli en 31 juli 2014 al twee opmerkelijke manipulaties hebben plaatsgevonden. Op 10 juli vielen 2 pompen stil die dienen om de afgekoelde stoom, die terug water is geworden, te recupereren. Deze recuperatie betekent meer rendement en het uitvallen van deze pomp is een economisch verlies.
Op 31 juli viel die pomp opnieuw stil. Dan is het duidelijk dat er een persoon de noodknop heeft ingeduwd. Dit was een manuele handeling en geen technisch defect.
Uit het onderzoek blijkt ook dat iemand siliconen heeft gespoten in het slot van een deur van het labo op de kelderverdieping, waardoor deze makkelijk kon worden opengeduwd. Mogelijks kan dit de vluchtweg van de dader zijn geweest, waardoor die sneller kon wegkomen.
Op 5 augustus 2014 werd door een toezichter een onbekende man opgemerkt. Van deze persoon werd een robotfoto gemaakt. Het gaat om een blanke man en hij droeg die dag donkere kledij en een bril, dan kan ook een veiligheidsbril zijn.
"Het gerechtelijk onderzoek is door de onderzoeksrechter afgesloten na een zeer uitvoerig en doortastend onderzoek waarbij niets ononderzocht is gebleven", zegt de woordvoerster van het federaal parket, Wenke Roggen, aan De Tijd. "Tijdens het onderzoek heeft de onderzoeksrechter niemand formeel in verdenking gesteld. Maar er zijn wel bepaalde bezwaren gerezen lastens bepaalde personen. Het federaal parket moet nu nagaan of die voldoende ernstig zijn om een verwijzing naar de correctionele rechtbank te vorderen." Een bezwaar is een grote mate van waarschijnlijkheid dat een verdachte een strafbaar feit heeft begaan.