We zijn het bijna vergeten dat Rusland nog altijd vecht met zijn buur. De oorlog in Oekraïne is al een tijdje uit de krantenkoppen verdwenen. Wie met die oorlog het nieuws wil halen, moet met iets straf komen. En jawel, daar zorgt de Russische minister van Buitenlandse Zaken, Sergej Lavrov voor.
Eensgezinder dan ooit
Met een vleugje cynisme verkondigt de meesterleugenaar dat de "speciale militaire operatie" - zoals de Russen de invasie in Oekraïne nog altijd eufemistisch noemen - de Russische samenleving opmerkelijk heeft "gezuiverd.”
De slippendrager van Poetin toont zich verheugd over de tienduizenden die het land hebben ontvlucht. Dat heeft - volgens Lavrov - de Russische maatschappij "eensgezinder dan ooit" gemaakt.
Veel Russen hebben het land verlaten om politieke redenen, of om de gevreesde mobilisatie te ontlopen, maar Lavrov suggereert dat zij die vertrokken “niet het gevoel hadden bij de Russische geschiedenis en cultuur te horen.” Voor het Kremlin zijn zij vertrokken simpelweg “verraders”.
Het einde is nog niet in zicht
Nu goed, Lavrov, had ook nog ander nieuws. Hij voorspelt geen spoedige aanvang van vredesonderhandelingen in Oekraïne. Omdat het Westen volgens hem momenteel doof is voor dergelijke voorstellen. Dat klinkt eerder als oud nieuws.
Als voorwaarde voor het beëindigen van de oorlog wil Rusland dat Oekraïne afziet van zijn aspiraties om zich aan te sluiten bij de NAVO.