Start Magazines Zoeken Shop Rubrieken

Socialistische schandalen: de verborgen kluis van voorzitter Van Miert

Thierry Debels - 08-06-2023

Huidig minister Frank Vandenbroucke werd door Louis Tobback, ex-burgemeester van Leuven, naar de toenmalige SP (nu Vooruit) gehaald, waar Vandenbroucke al snel opklom in de partij. Van 1985 tot 1996 was hij lid van de Kamer van volksvertegenwoordigers voor het arrondissement Leuven.

In januari 1989 werd hij op 33-jarige leeftijd zelfs partijvoorzitter, als opvolger van Karel Van Miert. Carla Galle was toen partijsecretaris waar zij de toenmalige voorzitter Karel Van Miert leerde kennen, die haar partner werd. Tussen Galle en Vandenbroucke klikte het niet en dat is een understatement. Voor Galle werd een oplossing gezocht, maar dat duurde langer dan voorzien.

In 1976 werd Van Miert op vraag van Willy Claes adjunct-nationaal secretaris van de unitaire BSP. Een jaar later, in juni 1977, werd hij co-voorzitter van de BSP. Door de moeilijkheden rond het Egmontpact kwam het tot een breuk met de Franstalige socialisten en ging de Vlaamse BSP vanaf oktober 1978 alleen verder. In maart 1980 werd de BSP omgevormd tot de SP. Van Miert speelde een belangrijke rol in deze partij, die hij onafhankelijk maakte van de vakbonden. Van Miert bleef partijvoorzitter tot in januari 1989.

Uiteindelijk arriveerde Linda Blomme, door Vandenbroucke aangeduid als opvolgster van Galle, pas in mei 1991 in het volledig leeggehaalde kantoor van de nationaal secretaris Galle.

Blomme vond het gedrag van Galle toen al abnormaal en vroeg zich af of Galle misschien ook vertrouwelijke documenten had meegenomen.

Enkele weken later, in juni 1991, vernam Vandenbroucke tot zijn stomme verbazing van Blomme dat de partij een kluis bezat in het filiaal van de bank Codep in de Brusselse Hoogstraat.

"Galle had een afspraak gemaakt met Blomme om de sleutels door te geven, ook van de Codep-kluis", vertelde Vandenbroucke aan het gerecht tijdens het Agusta-onderzoek. "Samen zijn Galle en Blomme naar de kluis geweest. Galle opende de kluis en zei: 'Hier is nog een appeltje voor de dorst. Vandenbroucke moest daar wel niet van weten, maar hier ligt het nog.'

Galle vond de huur van die kluis nodig omdat de oude kluis in de lokalen van de partij niet langer alle veiligheidsgaranties bood.

Vandenbroucke: “Toen heeft Linda mij gezegd dat in die kluis nog geld lag waarvan een inventaris moest worden gemaakt. Dat is blijkbaar niet gebeurd. Ik was daarover verontrust omdat er, toen we in maart de rekeningen hadden opgemaakt, van geld in een kluis geen sprake was geweest. Mijn idee was dat daar een overschot bestond van de jaren tachtig, waarmee ik wou breken. Ik heb aan Blomme gezegd daarvan af te blijven, omdat dat geld waarschijnlijk niet geboekt was."

Blomme had de bundels bankbiljetten in de kluis niet geteld, maar ze schatte de inhoud op 5 tot 6 miljoen frank (zowat 125.000 euro). Volgens latere verklaringen van Etienne Mangé was het geld in de kluis "een deel van de 30 tot 35 miljoen, afkomstig van de Agusta-commissies", die hij aan Galle had gegeven in 1989-90.

Minder geweten is dat Van Miert sinds 1984 eveneens over een kluis beschikte in hetzelfde Brusselse bankagentschap Codep. Zijn safe droeg het nummer 253, terwijl die van de socialistische partij nummer 21 had. "Ik huurde die kluis ten tijde van de rakettenkwestie", verklaarde Van Miert aan het gerecht. "Ik bewaarde er politiek gevoelige documenten omdat ik tijdens de rakettenkwestie tot de overtuiging kwam dat mijn bureau in de Keizerslaan 'bezoek' had gekregen.”

Die rakettenkwestie situeert zich in de loden jaren 80. In de eerste helft van die periode woedde de Koude Oorlog volop en was er ook een echte wapenwedloop tussen Oost en West.

In de eerste helft van de jaren 80 sloeg ook de Bende van Nijvel toe. Sommigen zien een verband tussen beide elementen.

Als reactie op de plaatsing van Russische SS20-raketten in Centraal-Europa had de NAVO in 1979 het zogenoemde dubbelbesluit genomen. Er werden 464 kruisraketten voor de middellange afstand en 108 Pershing II-raketten voor de korte afstand geplaatst in een aantal West-Europese landen

Op zondag 23 oktober 1983 betoogden 400.000 mensen tegen de plaatsing van Amerikaanse en Russische kernraketten in West- en Centraal-Europa.

Wie het bureau van voorzitter Van Miert in die periode doorzocht heeft, is niet zeker. Alles wijst in de richting van een inlichtingendienst, in samenwerking of in opdracht van een andere dienst. Waren het de Amerikanen die socialist Van Miert niet vertrouwen en die de opdracht overlieten aan Belgische spionnen?

Van Miert had zeker van een bron van de Belgische Staatsveiligheid vernomen dat bepaalde personen hem toen in diskrediet wilden brengen, met name via zijn echtgenote Annegret Sinner, die geboren was in toenmalig Oost-Duitsland (DDR). In 1971 trouwde Van Miert met Sinner, secretaresse bij de Europese Commissie. Ook de rol van de Oost-Duitse Sinner is overigens nooit helemaal duidelijk geworden.

foto: wikipedia

Frank vandenbroucke Karel van miert Carla galle

Reacties

Resterende karakters 500
Nieuwsbrief Mis nooit meer het laatste nieuws, exclusieve aanbiedingen en boeiende verhalen van P-magazine! Schrijf je nu in voor onze nieuwsbrief en blijf altijd op de hoogte.
Zoeken