“Kom van dat dak af.”
Je hoort het Peter Koelewijn zingen. We zingen het zowaar zelfs meteen uit volle borst mee. Maar heb je ooit stilgestaan bij wat hij zingt? Euhm, nja. Echt begrijpen doen we het niet. Maar doet dat er toe? Zolang hij maar van het dak komt, toch?
Janne Janssen zijn vrouwe, was een koordanseres,
Maar bij gebrek aan een touwe, klom ze op het bordes,
Het eten werd koud en Janne Jansen werd heet,
En in de straat weerklonk zijn kreet:
Komme van dat dak af, 'k waarschuw niet meer,
Neh, neh, neh, neh, neh, neh, van dat dak af,
'K waarschuw niet meer,
Kom van dat dak af, dat was de laatste keer.
Jeah, van dat dak af, hohohohoheh, van dat dak af,
Van dat dak af, hé kom van dat dak af!
Van dat dak af, 'k waarschuw niet meer!