"Als ik na een stilte niet antwoord, antwoord ik niet."
De Kamer voorziet op democratische wijze een 'vragenuurtje'. Parlementselden krijgen er de mogelijkheid – zelfs in tijden waarin de pandemiewet van kracht is – om vragen te stellen om tot een stand van zaken te komen. In principe zou je het ook het ‘antwoordenuurtje’ kunnen noemen, want een vraag wordt gesteld in de veronderstelling dat je een antwoord krijgt. Doch, daar stopt de democratie. De niet-verkozen – ongekroonde slimste mens ter wereld – Frank Vandenbroucke acht het niet nodig om te antwoorden wanneer hij de vraag niet zinvol vindt.
Toen Peter de Roover (N-VA) aan de minister van Volksgezondheid vroeg hoe hij het afronden van het CST zag, werd het stil. "Hoe lang acht u dat ‘instrument’ nog nuttig”, vroeg De Roover. “Ik dacht dat de premier over twee à drie jaar heeft gesproken. Bent u die menig ook toegedaan?” Nog meer stilte.
Uiteindelijk was dit het antwoord van Vandenbroucke: “Voorzitter ik heb geantwoord op vragen waar ik zinvol op kon antwoorden. U stelt een aantal vragen en wacht. Als ik daar niet op antwoord, geef ik daar geen antwoord op.”
Reactie van Peter De Roover: “Het is vooral interessant te zien waarop niét geantwoord wordt. Want niet antwoorden is veel zeggend.”
In een kamerdebat op 10/01 werd door @PeterDeRoover1 (bedankt), de vraag gesteld aan @AnneliesVl en #FrankVanDenBroucke wat de exitstrategie is voor het CST (COVID “SAFE” TICKET, of Vaccinatiepas)
Maar het bleef ijzig stil!
Mochten ze van @alexanderdecroo niet te antwoorden? pic.twitter.com/UnjPsdIT97— Ruben De Herdt (@Ruben_DeHerdt) January 11, 2022