Nog nooit werden zoveel Vlaamse werklozen geschorst als vorig jaar.
Vorig jaar werden er in Vlaanderen meer werklozen dan ooit geschorst wegens gebrek aan sollicitatie-inspanningen. De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) stuurde maar liefst 11.688 Vlaamse werkzoekenden wandelen, wat neerkomt op 11,5 procent van de uitkeringsgerechtigde Vlaamse werklozen. “Vlaanderen blaft én bijt, terwijl Brussel en Wallonië inactief blijven”, aldus Danny Van Assche van UNIZO in ‘Het laatste Nieuws’.
Eerst het goede nieuws, of eerst het slechte nieuws?
Het goede nieuws? Het aantal uitkeringsgerechtigde werkzoekenden in België daalt. Maar, er is een keerzijde. Het aantal Vlaamse werkzoekenden dat niet genoeg moeite doet om een baan te vinden, is gestegen. Wim Adriaens, CEO van VDAB, legt uit dat de meerderheid gesanctioneerd werd omdat ze niet op kwamen dagen voor gesprekken met arbeidsbemiddelaars.
Iedereen heeft recht op drie kansen, maar…
Drie kansen krijgt een werkzoekende van VDAB voordat het dossier naar de RVA gaat. Maar liefst 10.000 werkzoekenden zagen hun uitkering tijdelijk of permanent verminderd. De VDAB heeft een streng maar rechtvaardig systeem: ze geven kansen, maar bij onvoldoende initiatief volgen sancties.
Danny Van Assche is duidelijk: werkloosheidsuitkeringen moeten automatisch geschorst worden voor diegenen die zonder goede reden niet opdagen. Volgens hem verdienen zij geen uitkering als ze niet bereid zijn om te werken.
In Wallonië daarentegen…
Het opmerkelijke is dat Vlaanderen veel strenger is in het schorsen van uitkeringen dan Brussel en Wallonië. Terwijl 82 procent van de financiële sancties in Vlaanderen plaatsvond, was dit in Wallonië slechts 1,75 procent en in Brussel een magere 0,65%. Danny Van Assche concludeert: “Willen we 80 procent van de beroepsactieve bevolking aan het werk, dan moeten Brussel en Wallonië een meer Vlaams beleid voeren.”
En nog een laatste curiositeit: de exacte bedragen van niet uitgekeerde werkloosheidssteun door deze sancties zijn nog niet bekend. Zowel de RVA als het kabinet van minister van Werk, Pierre-Yves Dermagne, konden geen duidelijkheid verschaffen.
