Inloggen

Log in of maak je account aan.

Wachtwoord vergeten? Registreren
Registreren
Wachtwoord vergeten

Wachtwoord vergeten? Voer je gebruikersnaam of e-mailadres in. Je ontvangt een link via e-mail om een nieuw wachtwoord in te stellen.

Registreren
Start Magazines Zoeken Shop Rubrieken

Yang Xinhai: “Na mijn eerste moorden voelde ik een diep verlangen. Ik moest meer mensen doden”

Stefan Lambrechts - 28-06-2017

“Toen ik mijn eerste moorden pleegde, voelde ik een diep verlangen. Ik moest nog meer mensen doden. Ik geef geen bal om mijn slachtoffers.” Een portret van Yang Xinhai, de grootste moordenaar die China ooit gekend heeft.

De kleine Yang

Yang Xinhai wordt geboren op 29 juli 1969. Hij groeit op in Zhumadian, een stadsprefectuur in het oosten van China. Hij is de jongste van een gezin van vier kinderen. De Xinhai’s zijn zowat het armste huishouden van de wijk.

Altijd sjofel gekleed naar school dus. Daar is de kleine Yang een introverte jongen, maar wel zeer intelligent. Op zijn zeventiende mept hij een medeleerling enkele tanden uit. Yang vliegt van school.

Yang weet niet hoe hij dat thuis moet uitleggen. Wellicht wordt zijn pa zo boos dat hij straks zelf ook enkele tanden mist. In plaats van naar huis te gaan, trekt Yang het wijde China in. Om rond te komen, gaat hij hier en daar aan de slag als klusjesman of stalknecht.

De falende inbreker

In 1988 - Yang is dan negentien - belandt hij in Xi’An. Hij huurt een armtierige flat in het centrum van de stad. De mensen in Xi’An hebben het goed. Alleszins beter dan in Zhumadian, waar hij vandaan komt. Die relatieve rijkdom steekt hem de ogen uit. Op een avond ziet hij hoe een koppel met twee kinderen de woonst verlaat. Blijkbaar voor langere tijd, want ze nemen reiskoffers mee.

“Misschien hebben ze binnen wel spullen die ik kan gebruiken”, denkt Yang. Hij wandelt enkele keren rond het huis. Dan grijpt hij een steen en slaat hij een ruit in. Maar net wanneer hij binnen wil kruipen, grijpt een arm zijn nek. Blijkbaar heeft een alerte buur de politie verwittigd. Yang mag enkele jaren gaan werken in een strafkamp.

De mislukte verkrachter

Wanneer hij in 1996 weer vrijkomt, besluit Yang om terug te keren naar Zhumadian. Tijdens de avondschemer zit hij in het stadspark te tobben. Zou hij terug naar het ouderlijke huis gaan? Zouden zijn ouders hem nog wel willen zien, nadat hij vertrok zonder iets te zeggen en tien jaar lang niks van zich liet horen? Kijk, daar passeert een leuk meisje.

Yang kijkt haar na. Plots voelt hij een onweerstaanbare drang om seks met haar te hebben. Hij staat recht, holt haar achterna en sleurt de jongedame de bosjes in. Hij poogt haar broek uit te trekken en het meisje zet het op een gillen.

Het meisje was evenwel niet alleen. Haar vader liep een meter of tien achterop en ziet nu alles gebeuren. Yang krijgt eerst een flinke portie muilperen en mag vervolgens opnieuw vijf jaar gaan brommen.

Of toch niet. Want omdat hij zich gedraagt in de gevangenis – en ook wel wegens plaatsgebrek – komt Yang in 1999 alweer vrij. Hij zoekt werk en is vastberaden om op het rechte pad te blijven. Nog eens gaan zitten, daar heeft hij geen zin meer in.

Bijna getrouwd

Met Huan leert Yang een meisje kennen. De twee zijn stapel op elkaar en Yang vraagt haar ten huwelijk. ‘s Anderendaags vertelt Huan het goede nieuws tegen haar beste vriendin. “Ach meid, weet jij wel waar je aan begint?” vraagt die. Ze legt Huan uit dat haar toekomstige echtgenoot een inbreker en een verkrachter is. Niet de meest succesvolle, maar toch.

Nadat Huan van haar grote verbazing bekomen is, gooit ze haar trouwplannen in de afvalemmer. Ze pakt haar koffers en verdwijnt om nooit meer terug te komen.

Gruwelijke moorden en verkrachtingen

Yang is er helemaal ondersteboven van. Net nu hij zich probeert te gedragen, werkt de rest van de wereld tegen. Hij zet een fles rijstwijn aan de lippen en drinkt. Is hij nu gekalmeerd? Neen. Het leven is onrechtvaardig en iemand moet boeten. Hij staat op, opent zijn gereedschapskist en neemt er een hamer uit. Vervolgens stapt hij op de fiets en rijdt hij naar Zhoukou, een stad zo’n 130 meter verder.

Daar kiest hij een willekeurig huis. Hij breekt in en vindt er een slapend koppel. De man slaat hij het hoofd in met de hamer. De doodsbange vrouw verkracht hij om wat later eveneens om te brengen. Xinhai voelt zich opgelucht. De woede is bekoeld.

Niet voor lang. Twaalf dagen later doet hij hetzelfde in Fuyang, op 190 kilometer van zijn deur. De slachtoffers zijn een vrouw, een man en hun kind. Ook nu verkracht hij de vrouw vooraleer haar om te brengen.

Het daaropvolgende jaar maakt Yang zeven doden, maar in 2002 steekt hij nog een tandje bij. Dat jaar vermoordt hij drieëndertig mensen. In 2003 stopt de teller op tweeëntwintig.

Yang gaat steeds op dezelfde manier te werk: hij breekt ergens in, vermoordt alle aanwezigen, maar verkracht eerst de vrouwen. Als wapen gebruikt hij meestal een hamer, maar soms ook een bijl. Een enkele keer is het een vleesvork. Om niet gepakt te worden, draagt hij tijdens iedere slachtpartij andere kleren die hij nadien verbrandt. Ook wisselt hij van schoenen. Die koopt hij opzettelijk een maatje of vijf te groot koopt.

Hoe Yang gesnapt werd

De politie heeft geen flauw idee wie de dader is. Volgens de voetafdrukken moet het een boomlange kerel zijn. Het enige wat ze met zekerheid weten, is dat het telkens dezelfde dader is. Op de plaats delict vinden ze namelijk steeds hetzelfde DNA. Condooms gebruikt de crimineel immers niet.

Nu hebben ze in China wel van iedere ex-gedetineerde een DNA-bank. Maar als ze die helemaal moeten uitkammen, zijn ze jaren bezig. Daarbij komt: wie zegt dat het een bajesklant betreft?

Op 3 november 2003 gaat Yang de beentjes strekken in een discotheek in Canghzou. Misschien vindt hij ook wel iemand om de avond mee door te brengen. Al dat verkrachten wordt een beetje vermoeiend. De vrouwen spartelen altijd zo tegen.

De club staat evenwel bekend als een huis van ontucht. Net wanneer Yang aanwezig is, houdt de politie een grote razzia. Niemand mag er nog in of uit, iedere aanwezige zal aan de tand gevoeld worden.

Yang is niet op zijn gemak. Wat als ze hem linken aan de moorden? Hij glipt naar het toilet en probeert daar via het raampje te ontsnappen, maar een agent kan hem nog net tegenhouden. “Ik moest gewoon dringend naar huis”, verklaart Xinhai.

De agenten nemen hem mee naar het commissariaat. Daar ontdekken ze dat Yang al eens in de gevangenis gezeten heeft. Routineus vergelijken ze zijn erfelijk materiaal met datgene wat van de seriemoordenaar moet zijn. Een match! Xinhai bekent meteen. In totaal heeft hij zevenenzestig moorden en drieëntwintig verkrachtingen op zijn naam.

De doodstraf

Yang verbaast ook voor de rechtbank. “Toen ik mijn eerste moorden pleegde, voelde ik een diep verlangen. Ik moest nog mensen doden. Ik kon er niet mee stoppen. Ik heb geen spijt van wat ik gedaan heb. Ik geef geen bal om mijn slachtoffers of nabestaanden. Of ze het verdienen om nog te leven of niet is mijn zorg niet. U beweert dat er voor mensen zoals mij geen plaats meer is in de maatschappij, maar ook dat deert me niet. Ik heb geen zin om deel te nemen aan een bende idioten die zich de samenleving noemt. Ik hoor daar niet bij.”
 

Zoiets moet u uiteraard geen twee keer zeggen in een land als China. Op 1 februari 2004 krijgt Yang Xinhai de doodstraf, op 14 februari de kogel. De man staat nog steeds te boek als de grootste en meest meedogenloze seriemoordenaar die China ooit gekend heeft.

Seriemoordenaar Yang xinhai

Reacties

Resterende karakters 500

Lees meer

Nieuwsbrief Mis nooit meer het laatste nieuws, exclusieve aanbiedingen en boeiende verhalen van P-magazine! Schrijf je nu in voor onze nieuwsbrief en blijf altijd op de hoogte.
Zoeken