Een RNA-vaccin of mRNA-vaccin is een type vaccin dat een kopie van messenger-RNA (mRNA) gebruikt om een immuunrespons op te wekken.
Het vaccin transfecteert moleculen van synthetisch RNA (brengt deze in) in immuniteitscellen. Eenmaal in de immuuncellen functioneert het RNA van het vaccin als mRNA, waardoor de cellen het vreemde eiwit bouwen dat normaal gesproken door een pathogeen (zoals een virus) of door een kankercel wordt geproduceerd.
Die cellen doen dat dan met de instructies van het RNA dat in het vaccin zat. De eiwitmoleculen die door het lichaam worden geproduceerd, stimuleren een adaptieve immuunrespons die het lichaam leert de overeenkomstige ziekteverwekker of kankercellen te identificeren en te vernietigen in het geval men later besmet zou geraken met de ziekteverwekker.
Vóór 2020 was er geen mRNA-technologieplatform (medicijn of vaccin) goedgekeurd voor gebruik bij mensen, dus er was een risico op onbekende effecten. De COVID-19-pandemie van 2020 vereiste een snellere productiecapaciteit van mRNA-vaccins, maakte ze aantrekkelijk voor nationale gezondheidsorganisaties en leidde tot discussie over het type initiële autorisatie dat mRNA-vaccins zouden moeten krijgen (inclusief autorisatie voor noodgebruik of uitgebreide toegangsautorisatie) na de achtwekenperiode van post-finale menselijke proeven.
Door wetenschappelijk onderzoek krijgen we nu dus een steeds beter zicht op de onbedoelde bijwerkingen van dat ‘vaccin'.
Zo geeft Circulating Spike Protein Detected in Post–COVID-19 mRNA Vaccine Myocarditis van Lael M. Yonker et al. in vakblad Circulation meer inzicht in het mechanisme dat myocarditis na injectie veroorzaakt. Het recente artikel staat hier.
Immunoprofiling van gevaccineerde adolescenten en jonge volwassenen onthulde dat de door het mRNA-vaccin geïnduceerde immuunresponsen niet verschilden tussen personen die myocarditis ontwikkelden en personen die dat niet deden.
De onderzoekers: “Er werd echter een vrij spike-antigeen gedetecteerd in het bloed van adolescenten en jonge volwassenen die post-mRNA-vaccinmyocarditis ontwikkelden, waardoor inzicht werd verkregen in de mogelijke onderliggende oorzaak.”
Uitgebreide antilichaamprofilering en T-celresponsen bij de personen die postvaccin myocarditis ontwikkelden, waren volgens de onderzoekers in wezen niet te onderscheiden van die van gevaccineerde controlepersonen, ondanks een bescheiden toename van de cytokineproductie.
De onderzoekers: “Een opmerkelijke bevinding was dat duidelijk verhoogde niveaus van spike-eiwit, ongebonden door antilichamen, werden gedetecteerd in het plasma van personen met postvaccin myocarditis, terwijl er geen werd gedetecteerd bij asymptomatische gevaccineerde controlepersonen.”
In gewone mensentaal betekent dit het volgende: het mRNA-'vaccin' laat het lichaam de spike (uitsteeksel) van het coronavirus maken. Het lichaam reageert op die spikes, maar bij sommige tieners en jongvolwassenen gaat die reactie verkeerd waardoor delen van het hart worden aangetast. Aangezien die vrije (ongebonden door antilichamen) spikes werden gevonden in het bloed (plasma) van die patiënten, betekent dit dat die spikes dus langer en substantiëler aanwezig zijn in het lichaam. Bovendien worden ze ook niet 'opgeruimd' zoals gedacht werd. Het is een belangrijk stuk van de puzzel om het mechanisme achter myocarditis na mRNA-coronavaccin te begrijpen. Een nieuwe vraag is nu waarom sommige burgers die reactie ontwikkelen en anderen niet.