Gisteren was koningin Mathilde in Mariemont. Daar loopt de tentoonstelling ‘De Wereld van Clovis.’ Aangezien exacte kennis niet meer belangrijk is: Mariemont ligt ergens in België (de leraar zal dat goedrekenen) en Clovis leefde ergens in het verleden (ook juist). Ik had nog enkele taalfouten moeten maken die vandaag met de mantel der liefde bedekt worden.
Bij deze ongein moet ik onwillekeurig terugdenken aan een leraar die ons in de jaren 80 vertelde (de wereld voor internet en google) dat het niet belangrijk is om iets te weten, maar om te weten hoe je snel iets kan weten. We lachten hem toen uit, maar de man was een visionair.
Maar we gingen het over Mathilde hebben. Een medewerkster van dat museum vertelde me achteraf dat de koningin gefascineerd en gebiologeerd was door een steekwapen van Clovis. “Het leek alsof ze aan het dagdromen was. Ik vroeg me af of ze dacht aan een welbepaald persoon.” Ik vertelde de medewerkster dat dit zeker de koning niet zou zijn. Niet zozeer omdat ze houdt van de man, maar omdat ze samen al partners in crime zijn. "En dan vermoord je die persoon niet."
“Aan wie zou de koningin dan kunnen denken?” vroeg de medewerkster. “Ik zie maar een mogelijkheid”, vertelde ik haar in alle eerlijkheid. Ik gaf de medewerkster mijn antwoord. “Dat kan toch niet”, zei ze verrast. “Toch wel”, zei ik. Ik heb het van een paleisbron.