Eendracht maakt macht, maar er hangt een prijskaartje aan.
De inkt van het Europees akkoord over de boycot van Russische olie is nog niet droog, of de olieprijzen schieten al meteen de hoogte in. Dat heet collateral damage, of beter een aanslag op onze portemonnee. Internationale beurzen reageren doorgaans als kleine kinderen als er politiek gehakketak is. En dat is nu niet anders. De olieprijzen stegen meteen naar het hoogste peil in twee maanden. Dinsdagochtend kostte een vat (159 liter) van de Noordzeeolie Brent 123,32 dollar, 1,65 dollar meer dan maandag. De prijs van een vat olie van de Amerikaanse soort WTI steeg met 3,47 dollar tot 118,54 dollar.
Charles Michel was nog zo trots dat hij het akkoord mocht komen melden. “Een grote financieringsbron van de Russische oorlogsmachine wordt afgesneden”, zei hij. “Europa voert zo “maximaal de druk op Rusland op om de oorlog in Oekraïne te beëindigen.”
We kunnen alleen maar jaloers zijn op het feit dat de wereld door zo’n eenvoudig bril kunt bekijken.
Agreement to ban export of Russian oil to the EU.
This immediately covers more than 2/3 of oil imports from Russia, cutting a huge source of financing for its war machine.
Maximum pressure on Russia to end the war.
— Charles Michel (@eucopresident) May 30, 2022
Overigens Hongarije en Slovakije zullen voorlopig nog Russische olie mogen importeren via de grote Droezjba-pijpleiding. De twee landen maakten samen met Tsjechië gewag van grote bevoorradingsproblemen bij een totaalverbod op Russische olie.
Woensdag komen de ambassadeurs van de 27 lidstaten samen om zich over de details van het politieke akkoord te buigen. Dan moet duidelijk worden wanneer het embargo precies van kracht wordt. In een later stadium moeten ze ook beslissen hoelang de overgangsperiode voor Hongarije en Slovakije kan duren.