Lymeziekte, lymeborreliose of ziekte van Lyme, is een infectieziekte die veroorzaakt wordt door bepaalde leden van het geslacht Borrelia: schroefvormige bacteriën (spirocheten) van 3 tot 8 µm lengte. Het is een vectorziekte die wordt overgedragen door de schapenteek (Ixodes ricinus) en de hertenteek (Ixodes scapularis). De ziekte is vernoemd naar het dorpje Old Lyme in Connecticut, waar in 1975 een epidemie van deze ziekte uitbrak.
Vandaag is er geen vaccin. Of correcter: er is geen vaccin meer. In 1998 leverde het farmaceutische bedrijf SmithKline Beecham (nu GlaxoSmithKline of GSK) immers een veelbelovend vaccin: Lymerix.
Dat vaccin bestond uit een eiwit dat voorkomt op het oppervlak van de Borrelia-bacterie. Anders dan bij een normaal vaccin, veroorzaakte dit de aanmaak van antistoffen die door de teek 'opgezogen' werden en op hun beurt de teek zelf immuun maakte voor de bacterie.
Lymerix (meestal als LYMErix geschreven) werd unaniem goedgekeurd (FDA) in december 1998 na het voltooien van een klinische proef met 10.936 mensen. De fabrikant concludeerde dat het het meest effectief was in het voorkomen van de ziekte bij mensen jonger dan 65 jaar. De helft van de deelnemers kreeg een eerste injectie, en daarna boostershots 1 maand en 12 maanden daarna. Onzekerheid over de lengte van vaccinimmuniteit impliceerde dat ontvangers mogelijk meer boosters nodig zouden hebben, net zo vaak als elk jaar om afnemende immuniteit te voorkomen. Het vaccin werd goedgekeurd voor personen van 15 tot 70 jaar.
Vreemd genoeg hadden enkele leden van het FDA-panel dat nota bene het vaccin goedkeurde een theoretische bezorgdheid geuit dat het medicijn een auto-immuunreactie zou kunnen veroorzaken die kon leiden tot artritis. Het idee was dat als het immuunsysteem zou leren om dat eiwit aan te vallen, het ook zou kunnen overreageren en gezond weefsel in het lichaam kon aanvallen.
Het vaccin werd snel vrij populair, maar al binnen een jaar na de licentieverlening begonnen meldingen van bijwerkingen die optraden na vaccinatie te verschijnen. Het ging vooral om musculoskeletale aandoeningen (msa) zoals artritis. De media geven dit leed ook een menselijk gezicht door de verhalen van deze 'vaccinslachtoffers' te brengen.
Voortgekomen door de groeiende bezorgdheid over de veiligheid van vaccins, diende het advocatenkantoor Sheller, Ludwig & Bailey uit Philadelphia op 14 december 1999 een class action-rechtszaak in tegen de LYMErix-fabrikant, SmithKlineBeecham. Het advocatenkantoor vertegenwoordigde 121 personen die beweerden dat ze significante bijwerkingen ondervonden van het Lyme-vaccin. Het kantoor beweerde dat het vaccin schade veroorzaakte en dat de fabrikant bewijsmateriaal over de mogelijke risico's ervan verborg.
Een studie uit 2000 wees ook uit dat het vaccin bijdroeg aan auto-immuunartritis bij hamsters. Ander onderzoek stelde dat het mogelijk was dat sommige mensen meer genetisch vatbaar waren om dit type auto-immuunrespons te ontwikkelen als reactie op het vaccin.
Sommige gevaccineerden begonnen al snel publiekelijk te klagen dat het medicijn ervoor zorgde dat ze gewrichtspijn ontwikkelden. In 2000 vertelde ABC News het breed opgepikte verhaal van een man die ziek werd met "koorts en een intense, helse pijn" na het nemen van het vaccin.
Voortgestuwd door de berichtgeving in de pers over vaccinrisico's en de lopende rechtszaken, daalde de verkoop van vaccins dramatisch in 2001. Op 26 februari 2002 besloot GlaxoSmithKline LYMErix van de markt te halen, officieel vanwege slechte marktprestaties.
Op 9 juli 2003 schikte de farmaceutische gigant de class action-rechtszaken met Sheller, Ludwig & Bailey en verschillende andere kleinere advocatenkantoren.
Auteur Paul Offit beschreef wat er met LYMErix gebeurde als een verhaal over aansprakelijkheid. Het Lyme-vaccin was een optionele prik, dus het werd niet gedekt door het National Vaccine Injury Compensation Program. Vanwege die vrijstelling van het federale programma, schrijft Offit, was er geen buffer tussen de fabrikant van LYMErix en iedereen die zou kunnen beweren dat het artritis veroorzaakte. Het vaccin "werd overgelaten aan de letselschadeadvocaten en de onnauwkeurige mediaberichten".
Het medisch tijdschrift The Lancet nog in 2014 in een stuk: “Door LYMErix in te trekken, vermeed de fabrikant het vrijgeven van fase 4 postmarketinggegevens die waarschijnlijk verhoogde bijwerkingen met betrekking tot het vaccin zouden hebben aangetoond. De gegevens zijn dus nooit bekendgemaakt en dit gebrek aan openheid heeft het aanhoudende wantrouwen van patiënten jegens fabrikanten van Lyme-vaccins bevorderd.” Niet alleen Lyme-vaccins overigens.
Klinische proeven met nieuwe vaccins voor de ziekte van Lyme zijn momenteel aan de gang. Valneva en Pfizer hebben een kandidaat-vaccin tegen de ziekte van Lyme ontwikkeld, VLA15, dat zich momenteel in fase 2-proeven met mensen bevindt. VLA15 is een multivalent, eiwit subunit vaccin dat zich (opnieuw) richt op het buitenste oppervlakte-eiwit A (OspA) van Borrelia. Dit vaccin is ontworpen om mensen te beschermen tegen Noord-Amerikaanse en Europese stammen van de ziekte van Lyme bacterie.