Ministerraad stemt vandaag over het wettelijk kader van de bodycam.
Vandaag de dag wordt elk akkefietje door omstaanders meteen gefilmd. Bij elke rel, of opstoot, staan tientallen ‘getuigen’ voor journalist te spelen. Dat is an sich niet verboden. Elke burger heeft het recht om een interventie op de openbare weg te filmen of te fotograferen. Die beelden verspreiden, is een andere zaak. Dat mag enkel “als het noodzakelijk is en de publieke opinie aanbelangt”. En dat is voor interpretatie vatbaar. Met enig knipwerk worden agenten daders en daders slachtoffer, en omgekeerd. Om daar een 'objectief' weerwoord tegen te hebben, kan de bodycam van de politie helpen. Doch, ook hier balanceren we op de slappe koord tussen 'noodzakelijk bewijs' en 'privacy'.
De bodycam kent voor-en tegenstanders. "Vele discussies en vraagtekens zullen zichzelf oplossen. Er zou ook veel minder moeten worden geïnvesteerd in uitvoerige en soms langdurige onderzoeken, verhoren, tijd- en kostenrovende wedersamenstellingen en dure aanstelling van wapendeskundigen”, klinkt het hij de voorstanders. Tegenstanders vrezen dat sommige politiechefs de finaliteit van de camera uit het oog zullen verliezen en de beelden zullen aanwenden in administratieve procedures of tuchtprocedures.
Volgens Annelies Verlinden (cd&v) – die een voorstel voor een wettelijk kader heeft ingediend – kunnen bodycams voor de politie bijdragen aan de bescherming tegen geweld. “Beelden van bodycams kunnen een tegengewicht zijn voor die soms eenzijdige berichtgeving”, aldus de minister.
Dat vraagt om een woordje uitleg.
De bodycam wordt alvast niet een verplicht onderdeel van de uitrusting van agenten in ons land. Elke korpschef, politiedirecteur of commissaris-generaal kan het gebruik opleggen aan zijn/haar personeel.
De bodycam registreert niet continu alles. De agent in kwestie bepaalt wanneer hij/zij de cam aanzet. We citeren: "Hij of zij mag dit pas doen na een duidelijke afweging. Enerzijds mag filmen wanneer het gaat om personen die gezocht worden, die een misdrijf hebben gepleegd of die de openbare orde verstoord hebben of kunnen versturen. Filmen is volgens het wettelijk kader sterk aangewezen bij een mogelijk begin van geweld, dwang of een chaotische situatie. Filmen met een bodycam kan ook bij een identiteitscontrole of een fouillering."
Wat niet wordt gezegd, is wat er gebeurt als de bodycam niet wordt aangezet. Kwatongen beweren dat agenten de bodycam ook wel eens bewust vergeten aan te zetten.
Hoe dan ook moet de politie meedelen dat je gefilmd wordt. De vraag is of de mogelijke dader mag vragen om gefilmd te worden. Daarop moeten we het antwoord schuldig blijven.
Van zodra de agent de bodycam aanzet, wordt de 30 seconden ervoor opgenomen. Die pre-opname kan nuttig zijn om de aanloop van een incident te kennen.
De politie mag overal en van iedereen opnames maken, ook van minderjarigen, ook in privéruimtes. De burger mag de opnames evenwel niet bekijken.
Elke opname wordt minstens 30 dagen bewaard, en na tussenkomst van het parket of onderzoeksrechter maximaal 365 dagen.
Foto: Abiom