Gaan we ons weer geen vragen stellen?
De vermeende vriend van Poetin, oligarch Roman Abramovich, maakte enkele dagen na de Russische inval in Oekraïne bekend een stap opzij te zetten bij Chelsea door de dagelijkse werking van de club in handen te geven van een groep vertrouwelingen. Niet veel later werd duidelijk dat hij van plan was om de club definitief te verkopen. Hij nam de vlucht vooruit. Want na de sanctiemaatregelen van de Britse overheid, besloot ook de Premier League om Abramovich te schorsen als grote baas van Chelsea.
Chelsea moet de fanshop sluiten, het mag het geen kaartjes meer verkopen voor thuiswedstrijden en zijn er slechts reiskosten van 24.000 euro per wedstrijd toegestaan. Spelers vastleggen of contracten verlengen, is voorlopig ook niet mogelijk. Tijd voor een nieuwe baas dus.
Plots staat iedereen wel aan de juiste kant van de geschiedenis en durft men zich ineens vragen te stellen bij de wansmakelijke rijkdom van Abramovich. Voetbal is big business, maar als het op een politiek statement aankomt, raken voetballers niet verder dan een vuistje in de lucht te steken voor Black Live Matters. Geld is geld en daar staat geen naam op. Zwijgen. Iedereen gaat straks ook vrolijk naar Qatar voor de wereldbeker.
Abramovich is nog maar net vertrokken of daar komt al het gerucht dat Chelsea in handen zal komen van Saoedische investeerders. Volgens het Amerikaanse CBS heeft Saudi Media Group een bod van 2,7 miljard pond uitgebracht. 300.000 minder dan de vraagprijs van Roman. Op naar een nieuwe miljardair met een luchtje? Zijn naam: Mohamed Alkhereiji (50), de baas van de Saudi Media Group die jaarlijks zo’n miljard euro aan omzet draait. Hij geniet de steun van andere private investeerders uit zijn thuisland.
Opmerkelijk is dat de Engelse media er als de kippen bij zijn om hem als ‘clean’ te beschrijven. Er wordt benadrukt dat de Saudi Media Group ‘geen directe link’ met de Saoedische regering heeft.
Wij moeten toch denken aan die spreuk die bij de bomma in de gang hing: “Wie niet steelt of erft, werkt tot hij sterft.”
