"Onze samenleving verwacht terecht een daadkrachtige aanpak.”
Politie en justitie zullen voortaan krachtiger optreden tegen haatmisdrijven en discriminatie, dankzij nieuwe richtlijnen uitgevaardigd door minister van Justitie Paul Van Tigchelt (Open VLD).
Sinds eind 2022 worden misdrijven die voortkomen uit haat voor onder andere huidskleur, geloof, gender of andere vormen van discriminatie als verzwarende omstandigheid beschouwd, wat resulteert in strengere straffen.
Minister Van Tigchelt benadrukt het belang van kordaat optreden tegen deze vormen van misdrijven: Als een misdrijf gemotiveerd wordt door bijvoorbeeld rassenhaat of transfobie, maakt dit de situatie des te verwerpelijker."
Nieuwe regels
Tijdens een conferentie in Luik, waar ook de referentiemagistraten en -ambtenaren aanwezig zijn, zal de minister de nieuwe regels voorstellen. Vanaf april moet de politie altijd een proces-verbaal opstellen bij aanwijzingen van haatmisdrijven, waarbij het parket vervolgens zal beoordelen of er een misdrijf heeft plaatsgevonden. Seponering is voor dergelijke feiten niet toegestaan; het parket moet altijd actie ondernemen.
Correctionele rechtbank
Daarnaast moet de bevoegde referentiemagistraat altijd geïnformeerd worden bij ernstige inbreuken op de integriteit, brandstichting of radicalisme. In dergelijke gevallen zal vaak een onderzoeksrechter worden aangesteld, die de dader kan aanhouden of direct kan dagvaarden voor de correctionele rechtbank.
De nieuwe richtlijnen bevatten ook een lijst van verschillende vormen van haat en discriminatie, zoals homofobie, antisemitisme, romafobie en islamofobie. Dit zal het in de toekomst gemakkelijker maken om deze fenomenen te registreren en te analyseren.
Tot slot eist Van Tigchelt meer aandacht voor onlinehaat. Het doel is om cyberhaat zo snel mogelijk offline te halen en slachtoffers beter te ondersteunen.