Criticasters spuwden al liters gal over de nieuwe snoet van de nieuwe BMW 4-reeks. Desondanks kregen we tijdens onze testweek heel wat complimentjes over de auto. “Dju, dat ziet er in het echt wreed schoon uit": we hebben het meer dan eens gehoord.
Dat uiterlijk
Ja, we weten het, we hebben er ook mee gelachen, met die nieuwe 4-reeks. Toen BMW in september 2019 met de concept op de proppen kwam, noemden we die smalend een woeste Bugs Bunny. De 'nieren' hadden immers plaatsgemaakt voor enorme 'tanden', waardoor-ie ons deed denken aan het cartoon-konijn.
Maar een concept is natuurlijk nog bijlange geen productiewagen, en de Duitse autobouwer zou nog wel iets doen aan die snoet, toch? Helaas: toen een maand later beelden van een pre-productiemodel (je weet wel, een auto die een camouflagepak aangetrokken krijgt om op de openbare weg getest te worden en hier en daar eventueel aangepast, alvorens de echte productie begint) op het wereldwijde web lekten, wisten we dat het menens was.
Toen later de eerste persfoto’s kwamen, vonden we die snoet niet per se lelijk, maar wel gek. Alsof die niet bij de rest van de auto paste.
Ergens in oktober, toen we bij onze concessiehouder de opvolger gingen bestellen voor onze eigenste ‘Lady in Red’ (neen, dat is uiteindelijk niet deze geworden, later meer over die opvolger) werd daar net een nieuwe 4-reeks coupé binnengeduwd. En toen dachten we: wat. Een. Mooie. Coupé. Een auto die in het echt heel anders oogt dan op foto.
Heel wat mensen waren tijdens onze testweek – die we in België, Luxemburg en Duitsland doorbrachten – exact dezelfde mening aangedaan. Mensen die op de snelweg een tijdje naast bleven rijden en hun duim opstaken, foto’s namen van de auto op parkings enzovoort.
Om maar te zeggen: in het echt is ‘t een beauty. En zeker in dat Portimao-blauw, zoals ons testexemplaar.
Dat interieur
Goed, tijd om in te stappen dan. Ons testexemplaar is uitgerust met een M-Sport-pack. Voor de 4.230 euro die dat extra kost, krijg je binnenin een zwarte hemelbekleding, aluminium sierlijsten, sfeerverlichting, een sportstuur en hier en daar de M-driekleur. De sportautomatische versnellingsbak met peddels achter het stuur kost 205 euro extra. De nieuwe 430i is altijd uitgerust met een achttrapsautomaat, en kan niet met handbak geleverd worden.
Op de achterbank passen twee volwassenen: die is, voor een coupé, behoorlijk ruim. Standaard is de 4-reeks uitgerust met Sensatec-kunstleder, echt leder zoals in ons testexemplaar kost 1.010 euro extra.
Voorts vind je in het interieur opbergvakken en usb-aansluitingen genoeg om het alle inzittenden naar hun zin te maken.
Als je op de startknop drukt, staat de auto in zijn comfortstand. In dat geval heb je, net als in Eco Pro, geen toerenteller voor je snoet: die komt enkel tevoorschijn wanneer je in Sport schakelt. Het infotainmentsysteem laat zich, naar BMW-traditie, vlot en snel bedienen en zit logisch in elkaar. Ook de nieuwste veiligheidssnufjes zijn volop aanwezig in de auto, en ons testexemplaar kan ook semi-autonoom rijden.
Hoe rijdt dat?
De 4-reeks is scherper afgesteld dan de 3-serie waarop hij gebaseerd is, en dat voel je meteen: hij betrekt je veel meer bij het rijden. Dat is enerzijds best opmerkelijk, daar de 3-reeks al een echte ‘rijdersauto’ is. Nu is de 430i met zijn 258pk en 400Nm koppel al niet bepaald ondergemotoriseerd, toch voel je meteen dat het onderstel nog meer aankan, vooral bij het betere bochtenwerk. De ZF-automaat schakelt prettig en snel, en twijfelt geen seconde bij een plotse kickdown: hij kiest onmiddellijk voor de juiste versnelling en gaan met die banaan. Toch is het – uitgezonderd in de file dan – leuker om de hendel op de middenconsole een duw naar links te geven waardoor-ie in ‘handgeschakeld’ staat, en het zelf te doen met de peddels achter het stuur.
Zoals het een rijdersauto betaamt, voel je onder je kont exact wat er gebeurt. Desondanks blijft hij tegelijkertijd vrij comfortabel.
De kracht wordt in geval van de 430i tegenwoordig gepuurd uit een 2-liter vierpitter, en die springt bijzonder efficiënt met benzine om. Onze testweek, waarin we ‘m nochtans stevig op zijn donder hebben gegeven op bochtige Ardense en Luxemburgse wegeltjes en we ‘m al even stevig de sporen gaven op de Duitse Autobahn, sloten we af met een gemiddeld verbruik van exact 8 liter per honderd kilometer. Reken daarbij dat ons testexemplaar nog redelijk maagdelijk was, en dat verbruik allicht nog daalt wanneer hij helemaal is ingereden.
Wat kost dat?
De BMW 4-reeks heb je voor een vanafprijs van 46.000 euro. Voor dat geld heb je een 184pk sterke 420i, die heel kaal oogt – en dat eigenlijk ook is. De 430i begint bij 50.650 euro. En ook als je die een beetje aangekleed wil, moet je nog aardig wat flappen trekken. Ons testexemplaar bijvoorbeeld, had nog opties ter waarde van een kleine 27.000 euro, waardoor de totaalprijs op 76.540 euro komt.
