Door strengere coronamaatregelen kromp Belgische economie een stuk harder dan de Nederlandse.
De Nederlandse krant Het Parool komt met cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) waaruit blijkt dat de Nederlandse economie in het tweede kwartaal kromp met 9,4 procent, tegenover 14,5 procent in België. De oorzaak van dat verschil wijt men aan het verschil in aanpak van de pandemie. België koos voor veel hardere maatregelen dan de Nederlanders en betaalt daar nu de prijs voor.
Half maart moesten in ons land alle niet-essentiële winkels dicht, terwijl die in Nederland gezellig open mochten blijven. “Vooral in april zagen Belgische winkeliers hun omzet drastisch dalen, met ongeveer 14 procent. Terwijl de Nederlandse ondernemers nauwelijks inkomsten misliepen”, aldus de Nederlandse krant.
In de bouw was het in ons land verplicht om 1,5 meter afstand te houden, wat in de praktijk niet haalbaar was. In Nederland was de anderhalve meter regel slechts een ‘advies’. Met als gevolg dat in België veel bouwbedrijven de deuren vanaf half maart wekenlang sloten en er 40 procent minder werk was. De Nederlandse bouw kromp in het tweede kwartaal met 3,5 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar, in België verloren de bouwbedrijven 15,7 procent.
Zelfde verhaal bij de fabrieken. Bij ons sloten een heleboel ondernemingen de deuren omdat de anderhalve meter regel niet werkbaar was. Bedrijven misten benodigde onderdelen en merkten dat werknemers niet meer durfden te komen. Daardoor kromp de gemiddelde dagproductie in België bijna twee keer zo hard als in Nederland.
Misschien toch iets om over na te denken, als we straks kiezen voor extra beperkingen?
