Start Magazines Zoeken Shop Rubrieken

Lady Linn: "Muziek wordt nog steeds te vaak beschouwd als een uit de hand gelopen hobby"

Koen De Nef - 01-05-2017

Maandagavond bracht muzikaal Vlaanderen haar eigenzinnige versies van Lady Linns muzikale creaties in Liefde voor Muziek. "Boenk erop", reageerde Lien De Greef – zo heet de 36-jarige jazz-zangeres dus in het echt – achteraf. De Gentse sympathie zelve bracht vorig jaar een pracht van een zoon ter wereld en bezong onlangs haar wildste dromen in Keep It A Secret, haar vierde album. Deze maand brengt ze van diezelfde plaat nog een deluxe-versie uit. Maar eerst: Liefde voor Muziek.

Wie van de deelnemers heeft jou het meest ontroerd?
DE GREEF:
“Bij Isabelle (A; red.) had ik het toch wel lastig. Bij Bart (Peeters; red.) ook. Maar niet elk nummer dat gecoverd werd is een ontroerend nummer. Ze hebben mij allemaal verrast. Ook diegenen die meer uptempo-versies brachten. Dat vond ik even goed de max, maar dan ben je niet ontroerd omdat het geen ontroerend zachte versie is. Ik vond het vooral fijn dat ze er allemaal echt iets speciaals mee gedaan hebben.”

Kende je de deelnemers al persoonlijk van tevoren?
DE GREEF:
“Neen. Sommigen had ik ooit eens goeiedag gezegd, maar echt kennen niet. Ik kom uit een ander circuit, hè. Iets alternatiever. Maar we kwamen allemaal heel goed met elkaar overeen. Al van in het begin. Het zijn allemaal heel open mensen. We konden enorm goed babbelen met elkaar. Het was echt een fijne ervaring.”

Je had al een bekend gezicht, maar word je nu makkelijker herkend, nu je meedoet aan een televisieprogramma?
DE GREEF:
“Ja, toch wel. Voordien benaderden mensen me af en toe wel eens, maar nu het programma al enkele weken wordt uitgezonden, is dat dagelijkse kost. Daarnet nog sprak een oudere vrouw me in de Colruyt aan. ‘Jij bent toch Lady Linn, hè? Je doet dat echt goed in Liefde voor Muziek’, klonk het. Da’s grappig, want dan sta je daar gewoon in de Colruyt, en kijken plots alle mensen rondom je naar je. Vroeger was ik veel verlegener op zo’n momenten. Soms is het gewoon ook een beetje awkward, want wat moet je tegen die mensen zeggen? Maar nu geniet ik wel van die aandacht. Als het beleefd blijft, uiteraard. (lacht) Dan voel je je gewaardeerd.”

Vroeger was ik veel verlegener. Soms is het gewoon ook een beetje awkward als mensen je op straat aanspreken.

Foetus in de baarmoeder

Vorig jaar werd je moeder van een zoontje. Heb je hem als inspiratie gebruikt op je nieuwe album?
DE GREEF:
“Ja, het nummer Slowly gaat over mijn zoontje Lionel. Het liedje is heel dromerig, hoe het moet voelen om zo lang in een buik te vertoeven. Ik zou het wijs vinden om nog eens te voelen hoe dat was, want wij weten dat natuurlijk niet meer, hè. In Slowly probeer ik me dat in te beelden. Ter inspiratie had ik naar een filmpje gekeken van een foetus die in de baarmoeder groeit. Dat is eigenlijk geschift. Het heeft iets donkers, iets surreëels. Hoe die foetus in zo’n donkere ruimte zweeft. Een beetje scary. Alles wat zich onder water afspeelt, vind ik trouwens beangstigend. Ik zou nooit durven duiken, of zo.”

Hoezo?
DE GREEF:
“Ik vind duiken vree beangstigend, maar tegelijkertijd ook heel interessant en mystiek. Ik durf wel te zwemmen in de zee, maar ik hoef niet te zien wat er zich onder mij bevindt. En dat heeft niets met schrik voor haaien of zo te maken. Ik kan dat moeilijk uitleggen. Het is iets dat over mij komt, omdat je voelt dat dat groter is dan jezelf. Zoiets.”

In hoeverre heeft je zoontje je leven veranderd?
DE GREEF:
“Enorm. Maar enkel in de positieve zin. Uiteraard komt er heel wat meer organisatie bij kijken, maar ik ben heel gelukkig als moeder en enorm blij met hem. Het is echt een wijs ventje, en zo tof en lief. Ik beleef er elke dag nieuwe dingen mee. Een kind geeft je een nieuw doel. Ik merk dat ik hem een thuis wil geven, net zoals ik dat vroeger heb meegekregen. Ik probeer hem van die kleine gewoontes mee te geven waarvan ik me herinner dat ik ze vroeger leuk vond. En gezelligheid. Ik ben ook blij dat ik lang gewacht heb. Op de juiste man, maar ook omdat het best wel intensief is en ik nu al steviger in mijn schoenen sta dan vroeger.”

Denk je al aan een tweede kindje?
DE GREEF:
“Ja, maar dan vooral voor hem. Ik heb zelf een zus en ik vind dat vree tof. Ik heb enorm veel aan haar en we komen goed met elkaar overeen. Ik zou het spijtig vinden mocht mijn zoontje dat gevoel nooit kennen. Ofwel geef ik daar gewoon een uitleg aan omdat ik dat eigenlijk zelf wil. Voor mij is dat mijn uitleg. Ik zou het voor hem doen, maar langs de andere kant is dat ook een soort van buikgevoel. Maar goed, ik ben al niet meer van de jongsten, dus ik zal mij moeten haasten.” (lacht)

Slowly is niet het enige dromerige nummer op je album. Je hele album bestaat uit vertaalde dromen, toch?
DE GREEF:
“Voor een groot deel van mijn nummers heb ik inderdaad ideeën uit dromen gebruikt. Er staan een aantal nummers op die ik voor de film Café Derby van Lenny Van Wesemael heb geschreven. Anders dan bij je eigen muziek ga je bij een soundtrack meer in een bepaalde sfeer denken, vaak ook instrumentaal. Dat zweverige, dat trage past volledig bij de sfeer die ik op het hele album wil oproepen. Dark is, bijvoorbeeld, zo’n nummer. Dat nummer is volledig gebaseerd op een droom die ik me ’s morgens nog herinnerde. Ik probeer mijn gevoel in die droom dan te beschrijven. Ik weet waarover het gaat, maar ik vind het leuk als mijn teksten een beetje vaag blijven. Ik hou van het mysterieuze.”

Ik ben ooit met Valentijn op mijn eentje naar Rundskop gaan kijken. Ik was daar echt niet goed van.

Single met Valentijn

Wist je al van jongs af aan dat je zangeres ging worden?
DE GREEF:
“Ik voelde al snel dat ik muzikaal was, maar ik dacht daar verder niet over na. Tot ik in het middelbaar moest nadenken over wat ik later zou gaan studeren. Ik voelde dat ik conservatorium wou gaan doen, en dat heb ik ook gedaan. Aanvankelijk wilde ik klassieke piano studeren, maar ik merkte al snel dat ik daar niet sterk genoeg in was. Mijn pianoleraar had me horen zingen en raadde me aan om de richting jazz zang te volgen. Ik was daar helemaal niet in thuis, maar er ging een heel leuke, nieuwe wereld voor me open. Ik maak al eigen nummers sinds mijn vijftiende, maar op het conservatorium leer je nog zo veel meer bij. En in het laatste jaar van het conservatorium heb ik mijn eigen band opgericht, samen met de Magnificent Seven.”

Je raakte al snel bekend door A Love Affair en That’s Allright, maar ook vooral door de Eddy Grant-cover I Don't Wanna Dance. Je enige covernummer ooit – buiten je zangkunsten in Liefde voor Muziek. Waarom dat nummer?
DE GREEF:
“Nu is coveren helemaal in, maar in 2007 was dat nog niet zo alomtegenwoordig. Ik was toen op zoek naar een eighties-nummer, omdat ik zelf geboren ben in de jaren 80. Ik wilde zo’n nummer eens volledig uitkleden en er in mijn eigen stijl iets mee doen. Eerst dacht ik aan Maria Magdalena van Sandra omdat dat één van mijn lievelingsliedjes was als kind. Maar toen ik in de auto zat met mijn toenmalig lief Frederik Van den Berghe speelde plots I Don't Wanna Dance op de radio. Ik vind dat nummer echt de max en hij stelde voor om dat onder handen te nemen. Dat was het gewoon. Achteraf hoorde ik van mijn ouders dat ik dat nummer op tweejarige leeftijd al aan het zingen was. We hebben dat nog op cassette staan. Hilarisch. Maar goed, die cover was eigenlijk gewoon een extraatje op mijn album, maar de radio’s zijn dat grijs beginnen draaien. We hadden er helemaal niet op gerekend dat dat zo’n hit ging worden.”

Heb je, naast muziek, nog andere passies in het leven?
DE GREEF:
“Ik kan mij volledig verliezen in films. Slechte, goede, alternatieve films. Alles. Films van Almodóvar en Kubrick vind ik heerlijk. Maar ontspannende, onnozele televisie kan ik eveneens smaken. Ik probeer een mooi evenwicht te vinden. Vroeger ging ik heel vaak naar de bioscoop. Zelfs op mijn eentje. Met mijn kindje is dat nu wel moeilijker. Dat mis ik wel. Ik woonde een tijdje vlakbij de Sphinx Cinema in Gent. Ik weet nog dat ik ooit met Valentijn op mijn eentje naar Rundskop ben gaan kijken. Ik had toen geen lief en dacht dat een film met Matthias Schoenaerts me wel deugd kon doen. Ja hallo, ik was daar echt niet goed van. (lacht) Heel goede film, maar amai. Stevig.”

Muzikanten treden nog te vaak op voor een appel en een ei. Dat is niet gezond.

Gratis optreden

Kan je nu volledig van de muziek leven?
DE GREEF:
“Het gaat, maar het is niet altijd even gemakkelijk. Vroeger heb ik altijd lesgegeven. Ik ben benoemd voor een paar uur in de muziekschool van Gent (het MAGO; red.), dus ik kan op elk moment weer teruggaan. Dat lesgeven was nodig, want in het begin verdien je niet veel met een band alleen. En ik wilde echt gewoon mijn ding kunnen doen, zonder muzikale toegevingen te hoeven doen. Met mijn centjes van de muziekschool en mijn optredens kon ik mijn nieuwe albums financieren, mijn bandleden betalen, lichtmensen, podiumkosten, enzovoort. Of kleren, dat kost ook geld. Vijf jaar geleden ben ik gestopt met lesgeven en leef ik enkel van de muziek. Dat lukt, maar het blijft een onzeker wereldje. Maar de vrijheid die ik heb, is heerlijk.”

Als jij er pas na al die jaren met moeite van kan leven, hoe moet een minder bekende muzikant dat dan doen?
DE GREEF:
“Het probleem is dat organisatoren weten dat muzikanten graag optreden. Soms betalen ze echt heel weinig, en komen muzikanten toch optreden voor een appel en een ei. Dat doen muzikanten nog altijd veel te veel. Daarnaast heb je die exclusiviteitsspelletjes tussen festivals. Dat een band enkel op een bepaald festival mag staan als hij datzelfde jaar niet op de concurrerende festivals optreedt. Dat is echt niet gezond voor een band die op dat moment veel succes heeft. Het zou toch veel beter zijn dat die band op dat moment overal kan spelen en een beetje geld kan verdienen. Want uiteindelijk moet je er geld mee verdienen. Het is een beroep als een ander. Iedereen die werkt, krijg geld. Maar muziek wordt nog steeds te vaak beschouwd als een uit de hand gelopen hobby.”

Krijg jij dan ook weleens dergelijke oneervolle aanvragen?
DE GREEF:
“Tuurlijk. Heel vaak zelfs. Je moet er gewoon mee opletten. Je moet er zeker van zijn dat ze inderdaad niet meer kunnen geven. Het kan perfect dat een café maar vijftig euro per muzikant kan betalen voor een hele avond. Dan is het aan jou om te beslissen of je dat doet of niet. Soms doe ik wel dergelijke toegevingen, als ik weet dat het op een toffe plek is. Meestal is dat niet onder mijn artiestennaam. Maar je kan zo’n goedkope optredens niet voortdurend doen. Dan ga je eigenlijk gratis werken, en dat is niet de bedoeling.”

De Deluxe Edition (2CD) van Keep It a Secret ligt op 23 mei in de winkel.

 

Reacties

Resterende karakters 500
Nieuwsbrief Mis nooit meer het laatste nieuws, exclusieve aanbiedingen en boeiende verhalen van P-magazine! Schrijf je nu in voor onze nieuwsbrief en blijf altijd op de hoogte.
Zoeken