Interessante studie over de mogelijke bijwerkingen na de coronavaccins: 'COVID-19 vaccine antibody response is associated with side-effects, chronic health conditions, and vaccine type in a large Northern California cohort'. Of vertaald: COVID-19 vaccin antilichaamrespons is geassocieerd met bijwerkingen, chronische gezondheidsproblemen en vaccintype in een groot cohort in Noord-Californië.
Concreet werden van juli 2020 tot maart 2021 zowat 5.500 volwassenen uit de East Bay Area in Noord-Californië intensief gevolgd.
De Amerikanen beschikten (toen) over 3 coronavaccins: Moderna (2 doses), Pfizer-BioNTech (2 doses) en Johnson &Johnson (enkele dosis). Dat basisschema (zoals bij ons) werd onderzocht.
De onderzoekers gingen de mogelijke link na tussen de antilichaamrespons (IgG, gemeten door de S/C-ratio) en de zelfrapportage van 11 potentiële bijwerkingen van vaccins zoals hoofdpijn, pijn in het lichaam of vermoeidheid.
Bijwerkingen na 1 dosis van elk vaccin waren opvallend genoeg niet significant geassocieerd met antilichaamrespons. Na dosis 2 (van Pfizer of Moderna) steeg de S/C-ratio van de proefpersonen evenwel met 10,4% voor elke bijkomend gemelde bijwerking. Met name rapportage van koorts/koude rillingen, hoofdpijn, vermoeidheid of pijn in het lichaam na de tweede vaccinatie (van Pfizer of Moderna) ging gepaard met een respectievelijk 51,8%, 27,3%, 25,9% of 33,4% toename van de S/C-ratio.
Volgens de onderzoekers nam die antilichaam S/C-ratio dus toe met elke extra bijwerking na de tweede dosis. S/C-ratio's na vaccinatie waren globaal lager bij de 65 -plussers en hoger bij vrouwen. Dat laatste verklaart waarom ze vaker bijwerkingen rapporteren dan mannen.
Op alle vaccinatietijdpunten hadden de ontvangers van het Moderna-vaccin een hogere S/C-ratio. Personen die volledig gevaccineerd waren met Pfizer-BioNTech hadden zelfs een 72,4% lagere S/C-ratio in vergelijking met degenen die volledig gevaccineerd waren met Moderna.