Volgens de factcheckers kan het niet, een negatieve effectiviteit van het vaccin (negative vaccine effectiveness (VE). Een vaccin wordt als effectief beschouwd als het het risico op een ongewenste uitkomst (bijvoorbeeld besmetting) verlaagt. Het zou een "negatief effect" hebben als het op de een of andere manier het risico zou verhogen.
Ook intuïtief is het moeilijk te verklaren dat een vaccin tegen een respiratoir virus het risico op besmetting met dat virus net zou verhogen. Wat je zou kunnen verwachten is dat een vaccin op een bepaald ogenblik uitgewerkt is en dat het niets meer doet. Een VE van nul dus. Maar niet negatief.
In de medische wereld is er vandaag nochtans discussie over een ander fenomeen. Uit onderzoek bleek immers dat het griepvaccin het risico op besmetting van andere respiratoire virussen kan verhogen. Die hypothese werd al vaak getest. Soms werd net het omgekeerde gevonden. Verpleegsters die in Nederland gevaccineerd waren tegen griep, kregen net minder corona. Het merkwaardige fenomeen wordt dus niet altijd teruggevonden.
Nieuw onderzoek - Effectiveness of COVID-19 vaccines against Omicron or Delta symptomatic infection and severe outcomes - toont nu opnieuw die vreemde negatieve effectiviteit in sommige gevallen aan. De onderste betrouwbaarheidsgrens (CI of BI) van 95% voor de effectiviteit van het vaccin tegen symptomatische Omikron-infectie ≥240 dagen na een tweede dosis was immers -174 (zie onderaan). Merk overigens op dat die ondergrens zelfs na een booster in sommige gevallen negatief was.
Misschien is het dus toch zoals in die oorspronkelijke studie naar de werking van de griepvaccins. Als we Omikron immers beschouwen als een ander virus (wat het door de vele mutaties op de spike ook is), dan heeft vaccinatie tegen SARS-CoV-2 op basis van de oorspronkelijke stam uit Wuhan misschien dat negatieve effect. Het is maar een hypothese.