In 2020 heeft de Taalunie op verzoek van het Taaladviesoverleg een werkgroep ‘genderinclusief taalgebruik’ opgericht. Die werkgroep heeft de opdracht om taaladviezen te ontwikkelen over genderaspecten in het Nederlands.
Maatschappelijk gezien is er volgens de Vlaamse overheid ‘een groeiende behoefte om in het taalgebruik meer rekening te houden met de verschillende genderidentiteiten en de expressie daarvan’. Niet iedereen deelt overigens deze zienswijze.
De werkgroep zal de bestaande adviezen die nog uitgaan van de binaire opdeling man/vrouw herschrijven, zodat er ook met andere genderidentiteiten rekening gehouden wordt, bijvoorbeeld bij het gebruik van aanspreekvormen (de heer, mevrouw) en functie- en rolbenamingen.
De werkgroep zal ook adviezen formuleren over genderinclusieve alternatieven voor de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden in het Nederlands (hij, zij, hem, haar, zijn).
De eerste resultaten worden dit jaar verwacht.