Deskundige uitleg zoals steeds van hoogleraar Vos over het conflict tussen Servië en Kosovo.
Vooral de maretak naast Vos viel op. Volgens een oud kerstgebruik zijn een man en een vrouw (over man/man en vrouw/vrouw wordt uiteraard niet gesproken) die elkaar onder een maretak ontmoeten, verplicht om te zoenen.
De maretak is een groenblijvende plant uit de sandelhoutfamilie. De plant leeft op bomen. Het is een halfparasiet: voor water en zouten is de plant afhankelijk van zijn gastheer. De maretak wordt ook vogellijm aangeduid.
De maretak werd aan de balken van stallen gehangen en diende om de mare te verjagen en zo het vee vruchtbaar te houden. Een mare is een kwaadaardige entiteit in de Germaanse en Slavische folklore die tijdens het slapen op de borst van mensen rijdt en nachtmerries veroorzaakt.
Bij de Kelten en Germanen was de maretak een heilige plant die in hun magische vruchtbaarheidsrituelen een belangrijke rol speelde. Volgens Plinius de Oudere sneed een in wit geklede druïde in de midwinterceremonie met een gouden sikkel de maretak uit de heilige eik. De afgesneden plant mocht de grond niet raken en werd in witte doeken opgevangen. Daarna slachtte de druïde de offerdieren en dompelde de maretak in water dat dan als bescherming tegen ziekten en onheil werd gebruikt. De offergaven waren bestemd voor de geesten van de vruchtbaarheid, zoals de godin Freya. Het gaat hier om de 's winters bladloze Loranthus europaeus, die op eiken groeit.