Minister Gennez (Vooruit) verklaarde bij Al Jazeera dat ons land overweegt om ‘Palestina’ te erkennen. Ze sprak voor haar beurt.
De vraag is immers of alle regeringspartijen van de bonte Vivaldicoalitie op dezelfde linkse lijn zitten, en dan meer bepaald MR die zich sinds de terreuraanval door Hamas van 7 oktober kritischer opstelt tegenover ‘Palestina’.
De MR is immers van mening dat niet is voldaan aan de voorwaarden voor de erkenning van een Palestijnse staat. MR-voorzitter Bouchez noemde de vaststelling van een termijn waarbinnen een dergelijke erkenning zou kunnen plaatsvinden, met de uitvoering van een proces in "4 tot 5 fasen". Deze fasen zouden bijvoorbeeld betrekking hebben op "de organisatie van een grote nationale conferentie" of garanties op het gebied van interne veiligheid en voor Israël.
In 2015 was er nog een heftig debat in de Kamer. Sp.a (nu: Vooruit) en Groen wilden ‘Palestina’ meteen en onvoorwaardelijk erkennen binnen de grenzen van die van 1967, toen de Zesdaagse Oorlog begon.
Andere partijen - zoals de liberalen - zagen dat anders.
De vraag is immers binnen welke grenzen ‘Palestina’ formeel erkend moet worden. En wat is de rol dan van Israël.
Het hof van beroep van Brussel meent in arrest nr. 2017/FA/707 van 5 juni 2018 overigens dat er nu al sprake is van een ‘Palestijnse staat’. De vier criteria van de Conventie van Montevideo van 26 december 1933 zijn, volgens het hof, immers vervuld:
- een permanente bevolking
- een bepaald grondgebied
- een overheid/regering
- het vermogen om relaties aan te gaan met andere staten.
De thematische subwebsite ‘Vreemdelingenrecht’ van het Agentschap Integratie en Inburgering: ‘Het hof gaat dus uit van de zogenaamde ‘declaratieve theorie’: wanneer de vier criteria van de Conventie van Montevideo die deel uitmaakt van het internationaal gewoonterecht vervuld zijn, is er sprake van een staat. De erkenning door andere staten doet er niet toe. Dat is wel het geval volgens de ‘constitutieve theorie’.”
Foto: screenshot Al Jazeera