Uit berichten in de media zou je iets anders kunnen besluiten, maar uit concrete en feitelijke cijfers van het Comité I blijkt dat de terroristische dreiging, wat betreft de uitvoering van de BIM-methodes, voor de Staatsveiligheid (VSSE) de prioriteit blijft.
De BIM-wet (Wet Bijzondere InlichtingenMethoden) werd eerder grondig hervormd, in de eerste plaats om de Staatsveiligheid en de militaire inlichtingendienst ADIV meer armslag te geven bij terrorisme.
Wat terrorisme betreft, staat de VSSE ook in voor de follow-up van de veroordeelden (voor terrorisme) die werden vrijgelaten. Er rijst volgens het Comité I wel een probleem met de follow-up van de minderjarigen. Het toezichtsonderzoek naar de follow-up van die terrorismeveroordeelden is nog niet rond. Volgend jaar gaat het onderzoek naar de follow-up door de VSSE van wegens terrorisme veroordeelde personen die werden vrijgelaten dus verder.
Het gaat om 372 personen. Dat zijn brutocijfers. Sommigen worden niet gevolgd door VSSE, anderen bevinden zich in het buitenland of werden geïnterneerd.
Zoals steeds heeft de ADIV zich bij de inzet van BIM-methoden meer op spionage gericht, gevolgd door (buitenlandse) inmenging. De VSSE heeft daarentegen gefocust op terrorisme (en op radicalisering), gevolgd door spionage.
Voorzitter Lipszyc van het Comité I wijst er binnen dat kader op dat de administrateur-generaal van de VSSE Jaak Raes de Nationale Veiligheidsraad (NVR) er na de aanslagen van 2016 op de hoogte heeft gebracht dat de VSSE bepaalde activiteiten, zoals de follow-up van sekten, niet zou kunnen voortzetten daar voorrang moest worden gegeven aan het terrorisme. De NVR ging daarmee akkoord.
Het directiecomité van de VSSE bestaat uit de twee administrateurs, de directeur van de analyse, de directeur van de operaties en de stafdirecteur. De vijfkoppige directie vergadert op regelmatige basis om strategische kwesties en prioritaire dossiers te bespreken en om de organisatie eventueel bij te sturen in het licht van mogelijke dreigingen. Ingrijpende strategische beslissingen worden voorgelegd aan de Nationale Veiligheidsraad (NVR).