Ons land onderschepte dit jaar al 94 terreurverdachten.
Dankzij het systematisch controleren van de passagiers, werden dit jaar 94 terreurverdachten onderschept. 40 van hen waren ‘Foreing Terrorist Fighters’: zij die naar bijvoorbeeld Syrië wilden reizen of daar plannen voor hadden. De 50 anderen, zowel mannen als vrouwen, waren mensen die ergens in een dossier van terrorisme of radicalisering werden genoemd.
Dat deze verdachten opgemerkt konden worden is het werk van het BelPIU. Sinds 2018 analyseren daar experts alle passagiers die vanuit één van onze zes Belgische luchthavens vertrekken. Dat gebeurt nog voor de passagiers de luchthavens bereiken. Luchtvaartmaatschappijen moeten namelijk 48 uur op voorhand hun gegevens doorsturen.
De BelIUP meldt op haar beurt de verdachte personen, die zij in de lijsten aantroffen, aan de bevoegde instanties. Het is daarna aan de politie om te kijken hoe zij ze kunnen onderscheppen.
“In het belang van de privacy krijgen onze analisten enkel de info te zien van reizigers die gezocht worden in de strijd tegen terreur of voor ernstige misdrijven“, zegt directeur Gunter Ceuppens.
De tussenkomst is echter vaak beperkt tot een discrete controle. “Het is soms belangrijker te weten met wie ze reizen en wat er in hun koffer zit, dan om hen aan te houden.”
Er zijn reeds 26 miljoen boekingen gecontroleerd.