Zelfs binnen de VAG-stal is de concurrentie bikkelhard.
Vroeger waren sportieve, snelle wagens vooral laag, omdat dit de wegligging ten goede komt. Vaak waren het coupés, al viel er hier en daar ook wel een potente sedan – of stationwagen – te bespeuren.
Tegenwoordig moet iedereen én zijn moeder een SUV hebben, waardoor die er tegenwoordig ook in allerlei smaakjes en formaten zijn. Ook hebben merken waar je ‘t tien jaar geleden niet van zou verwachten, eveneens een SUV, want daar valt dezer tijden nu eenmaal geld mee te verdienen.
Bentley was het eerste merk dat met een soort van limousine-op-hoge-poten op de markt kwam. En omdat-ie ook verkrijgbaar was met een knoert van een W16 in het vooronder, was het ook nog eens de snelste.
Was, want toen sportwagenbouwer Lamborghini – wat tegenwoordig tot hetzelfde VAG-concern behoort dan Bentley – besloot ook met een SUV te komen, was de Urus de snelste.
Dat konden ze bij Bentley niet laten gebeuren: hier is de Bentayga Speed. Uit de zesliter groter W12 wordt nu 635pk gepuurd. Bovendien werd er hier en daar wat aan gewichtsbesparing gedaan, zodat de Speed een topsnelheid van 306 km/u (1 km/u sneller dan de Urus) laat optekenen. De grote achterspoiler en de details – ook in het interieur – maken duidelijk dat je niet met een ‘gewone’ Bentayga onderweg bent.