Een epische politieke schermutseling: Hoe De Wever en Rousseau twaalf uur lang duelleerden om de ministerposten, met een moeilijk telefoontje naar Homans als climax.
Van de onhandige zet van Conner Rousseau tot de koppigheid van Zuhal Demir die dreigde haar politieke carrière in de prullenmand te gooien, tenzij ze het felbegeerde onderwijsministerschap zou krijgen. De onderhandelingen over de verdeling van de postjes in de nieuwe Vlaamse regering-Diependaele I waren allesbehalve een wandeling in het park. Wat volgde was een 12 uur durende strijd op het scherpst van de snede, en een botsing van ego’s en belangen.
Een aan het eind: de postjes
Het is het sluitstuk van elke coalitievorming: de toewijzing van ministerposten. Dit keer werd die delicatesse al vrijdagavond aangesneden, terwijl buitenstaanders nog dachten dat er felle discussies woedden over hoofddoeken, praktijktesten en de rol van de provincies. Toch waren de kaarten toen al grotendeels geschud, al verliep het schaakspel niet zonder verrassingen. In een besloten omgeving sloegen de drie partijvoorzitters, samen met formateur Matthias Diependaele, de klok aan duigen tijdens onderhandelingen die een hele nacht zouden aanslepen.
De pionnen op het schaakbord
Vroeger mochten de grootste partijen – in dit geval N-VA – als eerste hun favoriete departement uitkiezen. Wat volgde was een soort van politieke draft: N-VA pakte een grote vis, daarna volgde Vooruit, en dan was het de beurt aan CD&V. Maar in de huidige context, waarin de verhoudingen tussen de partijen op scherp stonden, hielden de socialisten en christendemocraten niet van dat idee. Het feit dat N-VA al minister-president leverde in de persoon van Matthias Diependaele, gaf de andere partijen het gevoel dat ze recht hadden op de eerste keus. De socialisten zetten alles in op het ministerie van Onderwijs, een portefeuille die ze wilden binnenhalen voor Caroline Gennez. Bij CD&V, aan de andere kant van de tafel, werd gehoopt op het binnenhalen van Welzijn.
Ik wil de grootse hebben
Toch liet N-VA zich niet zomaar het kaas van het brood eten. Onderwijs was simpelweg te belangrijk om uit handen te geven, vooral gezien het werk dat Ben Weyts de afgelopen jaren had verzet. De tanker die hij langzaam had bijgestuurd, begon eindelijk de vruchten af te werpen, en het leek de N-VA onverantwoord om nu de controle uit handen te geven. Bovendien was er een belangrijke drijvende kracht achter de schermen: Zuhal Demir. Ze had al maanden eerder aan De Wever duidelijk gemaakt dat zij, en zij alleen, de nieuwe onderwijsminister wilde worden. Haar ultimatum was hard: geen onderwijs, geen Demir in de regering.
Het machtsstrijd achter de schermen
Met dat in het achterhoofd, boog Rousseau uiteindelijk af en richtte hij zijn vizier op een ander zwaargewicht: Welzijn. Het werd snel duidelijk dat Vooruit dit cruciale departement niet zomaar zou loslaten. Tegelijkertijd onderhandelde CD&V zich een weg naar een minister die zowel Landbouw als Omgeving zou beheren. Dit laatste departement lag zwaar op de maag bij de christendemocraten, gezien hun nauwe banden met de landbouwsector. Na twaalf uur onderhandelen vielen de laatste puzzelstukjes eindelijk op hun plek.
Op zaterdagmiddag, toen de onderhandelaars van de buitenwereld nog enigszins mysterieus leken te bakkeleien, waren de posten in feite al verdeeld. Al had zelfs de politieke elite nog even nodig om de situatie te laten bezinken. Zelfs de toekomstige ministers zelf hadden toen nog geen idee welke portefeuilles hen zouden worden toebedeeld.
Het lastige telefoontje naar Homans en
Eén van de moeilijkste momenten van de onderhandeling was het telefoontje naar Liesbeth Homans, die te horen kreeg dat ze niet langer parlementsvoorzitter zou blijven. Een zure pil, gezien haar prominente rol binnen de N-VA, maar een offer dat De Wever bereid was te brengen in het grotere geheel. Hij had geleerd van zijn fout in 2019, toen Zuhal Demir via de krant te weten kwam dat ze de departementen Omgeving en Energie kreeg toegewezen – iets waar ze destijds allerminst gelukkig mee was. Dit keer werd alles zorgvuldig en persoonlijk gecommuniceerd.
Rousseau daarentegen maakte een beginnersfout. Zondagmiddag begon al door te sijpelen in de media dat N-VA het onderwijs had binnengesleept. De socialist had zijn toekomstige ministers nog niet geïnformeerd en kreeg al snel bezorgde berichten binnen.
Een finale verdeling waar iedereen iets aan heeft
Ondanks de hoogoplopende spanningen tijdens de onderhandelingen, vertrokken alle partijen uiteindelijk met een stukje van de politieke taart. N-VA sleepte maar liefst vijf ministerposten binnen, waaronder Onderwijs voor Demir. Vooruit kon met Welzijn en enkele andere zware portefeuilles pronken. CD&V, hoewel de kleinste speler in het geheel, had het geluk om Landbouw en Omgeving in één hand te houden. Maar het was de diversiteit binnen de regering die de grootste aandacht trok: met zes vrouwen in de rangen was dit de meest vrouwvriendelijke Vlaamse regering ooit.
De N-VA-trofeeën van de macht
Zuhal Demir, de nieuwe onderwijsminister, zal ongetwijfeld een andere wind door het onderwijslandschap doen waaien. Waar Weyts nog voorzichtig manoeuvreerde, staat Demir bekend om haar stormachtige aanpak. Ze krijgt niet alleen Onderwijs, maar ook Justitie en Werk onder haar hoede – een indrukwekkend takenpakket. Ben Weyts, die zijn functie als minister van Onderwijs kwijtraakte, blijft niet met lege handen achter. Als viceminister-president krijgt hij de verantwoordelijkheid voor Begroting, Erfgoed en Dierenwelzijn.
Voor Annick De Ridder stond al vast dat ze een prominente rol zou spelen. Als minister van Mobiliteit en Openbare Werken zal ze niet alleen de Oosterweelverbinding in goede banen moeten leiden, maar ook de uitbreiding van de Antwerpse haven, cruciaal voor haar politieke achterban. Tegelijkertijd krijgt ze ook de portefeuille Sport.
Cieltje Van Achter, een rijzende ster binnen N-VA, komt uiteindelijk ook op het politieke toneel. Met de relatief bescheiden bevoegdheden Brussel en Media lijkt haar rol echter beperkt tot wat men binnen politieke kringen smalend "de restjes" noemt.
Een nieuwe generatie voor Vooruit
Melissa Depraetere, de jonge viceminister-president van Vooruit, krijgt zware bevoegdheden zoals Wonen, Energie, Klimaat en Toerisme. Haar 30 lentes maakt haar de jongste minister in het nieuwe kabinet. Voor haar partij, die zich na tien jaar eindelijk opnieuw op de politieke kaart zet, is het een symbolische overwinning.
Caroline Gennez krijgt niet haar gedroomde titel als minister van het Kind, maar vertrekt met een indrukwekkend mandaat: Welzijn, Cultuur, Armoede en Gelijke Kansen liggen binnen haar bereik. Ze krijgt de titel van "superminister" door haar partijleider Conner Rousseau.
CD&V's terugkeer naar de roots
Jo Brouns neemt de cruciale portefeuilles Landbouw en Omgeving op zich, waarbij hij het platteland en de boeren in zijn achterban zal bedienen. Tegelijkertijd zal Hilde Crevits zich opnieuw ontfermen over Binnenlands Bestuur, Integratie en Samenleving, sleutelposten voor CD&V's politieke strategie.
Ziezo, we kunnen weer zes jaar verder.