“Bye bye en tot nooit meer.”
De veeg uit de pan die Open VLD op 9 juni van de kiezer kreeg, bleek slechts een voorspel voor de afrekening binnen de eigen rangen. De eigen leden hebben het laatste woord en dat lieten ze duidelijk merken. Gwendolyn Rutten en Vincent Van Quickenborne werden hard aangepakt: hun plek in het partijbestuur is foetsie. Ook premier Alexander De Croo vakkundig neergehaald door de leden. Hij moest het in de interne verkiezing voor het partijbestuur afleggen tegen niemand minder dan Eva De Bleeker.
Zoete wraak
De ironie van het lot laat zich voelen. Bijna twee jaar nadat premier De Croo zijn partijgenote en toenmalig staatssecretaris Eva De Bleeker op vernederende wijze aan de kant zette, neemt zij nu wraak in stijl. Ze haalde bij de verkiezingen voor het partijbestuur de meeste stemmen (4.118), met maar liefst vijfhonderd meer dan De Croo. Ex-voorzitter Egbert Lachaert, die ook een schermutseling had met De Croo, eindigt op een nipte derde plaats.
“Fuck You”
Een partijkopstuk vatte, volgens ‘Het Nieuwsblad’, de uitslag samen met weinig poëtische woorden: “Een dikke ‘fuck you’ van de leden.”
Het mag duidelijk zijn dat niet enkel De Croo onder vuur ligt. Ook Gwendolyn Rutten en Van Quickenborne zijn uit het partijbestuur gekegeld, met minder dan 1.500 stemmen elk. Rutten oogst de bittere vruchten plukt van haar gekibbel rond haar ministerspost. De boodschap van de leden is glashelder: het is tijd voor verandering, en de oude garde moet plaatsmaken.
Nieuwe gezichten, nieuwe hoop?
Terwijl Rutten en Van Quickenborne aan de kant worden geschoven, wint De Bleeker stevig terrein. Samen met Vincent Verbeecke gaat ze de strijd aan voor het voorzitterschap van de partij. De Bleeker scoorde in de eerste ronde 26 procent van de stemmen, een duidelijke voorsprong op Verbeecke’s 21 procent. Toch is het duel nog niet beslist.
Een vergiftigd geschenk
Wie ook de nieuwe voorzitter wordt, zal de ondankbare taak hebben om de ruïnes van de verkiezingsnederlaag op te ruimen en een nieuw pad uit te stippelen voor de partij. De verfrissing in het partijbestuur kan daar wellicht bij helpen. Nieuwe gezichten als Frédéric De Gucht, Bert Schelfhout en Vincent Stuer komen in het bestuur binnen. Stuer, een zelfverklaarde dissident en ideoloog, heeft de laatste jaren naam gemaakt als criticus binnen de partij en zou wel eens voor wat reuring kunnen zorgen.
Oude garde houdt stand in de fracties
Het is duidelijk dat de wind van vernieuwing waait door het partijbestuur, maar de vraag blijft of diezelfde wind ook de richting van de partijlijn zal bepalen. Hoewel de nieuwkomers hun eigen ideeën en verfrissende visie meebrengen, lijkt het erop dat ze niet allemaal op één lijn zitten. En dan is er nog de situatie in de parlementaire fracties. Daar waar de partij haar gezicht moet tonen in de oppositie, blijven kopstukken als Rutten en Van Quickenborne stevig in het zadel. Ook premier De Croo en Paul Van Tigchelt blijven nog steeds prominent aanwezig.
Met de gemeenteraadsverkiezingen die aan de horizon opdoemen en een partijfinanciering die door de verkiezingsnederlaag flink is uitgedund, moet voor de liberalen het ergste nog komen. Maar daar zijn ze zich blijkbaar nog niet van bewust.