In de reportage ‘Laurent: prins op overschot’ gaat het in de tweede aflevering ook even over prins Karel, jongere broer van Leopold III.
In die uitzending wordt de dotatie van Karel vermeld. Volgens Gui Polspoel en Mario Danneels heeft Karel vrijwillig afstand gedaan van die dotatie.
De waarheid is - zoals steeds - iets complexer. In de loop van 1972 kwam prins Karel, die na zijn regentschap tijdens de koningskwestie teruggetrokken leefde, volop in de publieke belangstelling door een rechtszaak.
Hij was in 1967 in conflict gekomen met zijn financiële raadsman baron Olivier Allard. De prins beschuldigde Allard - die ook zijn minnaar was - ervan fondsen voor een bedrag van ruim 300 miljoen BF (7,5 miljoen euro) van hem te hebben ontvreemd.
Prins Karel, die beweerde dat hij geruïneerd was, vroeg de regering in 1967 opnieuw over de dotatie te kunnen beschikken waarvan hij in 1961 vrijwillig afstand had gedaan. De regering-Vanden Boeynants stemde daarmee in.
In de Senaatscommissie van Financiën diende VU-senator Leo Elaut begin de jaren 70 dan een amendement op de begroting van dotaties in dat ertoe strekte de dotatie van prins Karel te schrappen. Dit amendement zou op 7 juni 1972 besproken worden.
Om een discussie over de grond van de zaak te verhinderen, vroeg Gaston Eyskens de prins om een onderhoud. Eyskens in zijn memoires: “Ik stelde hem voor van zijn dotatie af te zien. Prins Karel ging hiermee akkoord. Op 7 juni deelde ik dit mee in de Senaatscommissie. Elaut trok zijn amendement in en het regeringsamendement tot schrapping van de dotatie werd unaniem goedgekeurd.”
foto screenshot VRT
