Er is geen ruimte meer voor landbouw in Vlaanderen. Dat is de conclusie die ABS, Boerenbond, Groene Kring en Jong ABS trekken nadat ze deze week eindelijk inzage kregen in de voorstellen van het nieuwe mestactieplan (MAP7). “Dit stuit op ongeloof en verbijstering”, klinkt het op vilt.be bij Boerenbond. ABS noemt de voorstellen “er los over”. “Wie dit heeft opgesteld, bezit totaal geen technisch-wetenschappelijk onderbouwde kennis van de materie”, aldus voorzitter Hendrik Vandamme.
Het nieuws dat De Tijd zaterdagochtend bracht, sloeg bij de boeren in als een bom. Meteen regende het reacties op Twitter en kort na 7 uur was er al een gemeenschappelijk persbericht van de Vlaamse landbouworganisaties over de kwestie. VILT verzamelde de reacties.
VILT: “Nadat ze maandenlang in het ongewisse waren gebleven over de inhoud van MAP7 kregen de landbouworganisaties afgelopen week dan toch inzage in de plannen van Vlaams omgevingsminister Zuhal Demir (N-VA). Dat dit gebeurde nadat de eerste voorstellen al werden voorgelegd aan de Europese Commissie stuit op veel onbegrip bij de voorzitters van ABS en Boerenbond.”
“De gesprekken met de Commissie dateren al van begin september. Ruim anderhalve maand later worden wij ingelicht. Men is dus heel die tijd al achter de rug van de landbouworganisaties bezig”, zegt Vandamme volgens vilt.be. Hij wijst er ook op dat de toonzetting bij aanvang van de gesprekken met de Commissie vaak doorslaggevend is om een werkbaar resultaat te behalen.
De Boerenbond verwijst naar een advies van de Vlaamse strategische adviesraden, zowel SALV als MINA-raad. “Volgens hen, en de wetenschappers beamen dat, is het cruciaal om vroegtijdig af te spreken over de strategie voor het betrekken van landbouwers en hun organisaties. Dat is precies wat er niet gebeurt. Zonder overleg en unilateraal wordt er ons nu een MAP gepresenteerd”, hekelt voorzitter Lode Ceyssens op vilt.be.
Bovendien moet MAP7 al over twee maanden in voege gaan. “Maar dat is niet alles, op het terrein weten we niet waar we aan toe zijn voor het volgende teeltjaar en dat terwijl de veldwerkzaamheden voor het teeltplan van 2023 nu in uitvoering worden gebracht: wintergranen worden volop gezaaid, de andere percelen worden voorbereid om na de winter te kunnen planten of zaaien”, legt Vandamme volgens VILT uit.
Het herinnert hem alvast aan de manier van werken bij MAP6 toen het plan pas werd afgeklopt wanneer de teelten allemaal al in de grond stonden en bemest waren. “Aanvankelijk werd ons gezegd dat het niet retroactief zou worden doorgevoerd. Dat gebeurde wel. Nadien werd gezegd dat men zich pragmatisch zou opstellen in de beoordeling. Ook dat bleken ijdele woorden”, vertelt de ABS-voorzitter.
“Het uitstellen van een diepgaand overleg tussen politiek, Mestbank, wetenschappers en de landbouwsector kan natuurlijk ook een bewuste strategie zijn om eenzijdig regels op te leggen”, zo stelde Vandamme nog ruim een week geleden in zijn voorwoord aan de leden. Hij stelde zich toen ook de vraag wie daar beter van wordt.
Over het betrekken van de landbouworganisaties in het proces is ABS-voorzitter volgens VILT is ook duidelijk: “Een structureel inhoudelijk technisch overleg is er nooit geweest. Wij hebben deze week de inhoud van het MAP7-voorstel vernomen.” Eenzelfde geluid was te horen bij Boerenbond. “Het mondelinge overleg begin deze week was bovendien geen wederkerige communicatie”, stelt voorzitter Ceyssens in De Tijd. “We zijn verbijsterd over de manier waarop het gelopen is.”
In hun gezamenlijk persbericht zijn de landbouworganisaties volgens vilt.be niet mals over de voorstellen. “Dit plan zal de productie van alle land- en tuinbouwgewassen in Vlaanderen drastisch verminderen en sommige teelten zelfs verbieden. Het zal het voor onze land- en tuinbouwers onmogelijk maken om nog een rendabel inkomen te halen uit hun teelten”, klinkt het uni sono uit de mond van ABS, Boerenbond, Groene Kring en Jong ABS. “Het zal bovendien een enorme impact hebben op alle bedrijven in Vlaanderen die onze verse producten verwerken. Eén boodschap wordt hiermee duidelijk: er is voor land- en tuinbouw geen ruimte meer in Vlaanderen.”
De organisaties geven aan dat ze, samen met de overheid en alle betrokken organisaties, willen blijven nadenken over realistische maatregelen om de waterkwaliteit in Vlaanderen verder te blijven verbeteren. “We beseffen dat het beter moet, maar het voorliggende plan is voor onze land- en tuinbouwers onaanvaardbaar en niet meer of niet minder dan de doodsteek”, alsnog het persbericht.
Voor ABS is het duidelijk dat het plan wetenschappelijke onderbouwing mist. “Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen bodemtypes die elk een specifiek potentieel hebben om nutriënten vast te houden, zonder milieurisico. Er is geen onderscheid in de gebruikte mesttoedieningstechniek en er is geen mogelijkheid om basisvoedingsstoffen toe te dienen voor de volgende teelt”, stelt Vandamme. “Men is volledig van het padje af. Het is er los over. Dit kan echt niet passeren”, klinkt het hard op vilt.be.
Het bevestigt volgens hem ook wat de landbouworganisaties al eerder gezegd hebben over het stikstofakkoord. “Het is opgemaakt door mensen die totaal geen technisch-wetenschappelijk onderbouwde kennis van de materie hebben. In geval van het stikstofakkoord blijk dat nu ook formeel uit de recente vernietiging van de ministeriële stikstofinstructie door een nieuw stikstofarrest”, aldus Vandamme volgens VILT.
Groene Kring hekelt het feit dat er geen impactstudie geweest is. “Met dit mestbeleid doen duizenden boeren de boeken toe en start er niemand meer”, zegt voorzitter Bram Van Hecke. “Maar de minister weet dat natuurlijk niet, want er is geen onderzoek naar de impact van dit beleid. Voor ons is het simpel: dit moet van tafel.”
De landbouworganisaties hebben nu tot 7 november om te reageren op de voorstellen. “Dat is exact 10 dagen, terwijl de Europese Commissie als sinds 6 september op de hoogte is van wat er nu op tafel ligt”, stellen ze verbouwereerd vast. “En dat in een periode waarin landbouwers volop aan de laatste veldwerkzaamheden van het jaar bezig zijn en er een vakantie voor de deur staat.” Volgens de ABS-voorzitter getuigt deze werkwijze “van verregaande arrogantie”. De vier landbouworganisaties gaan de voorstellen voorleggen aan hun achterban en ze sluiten acties volgens VILT niet uit.
Ook in overleg met de andere ketenpartners gaan de landbouworganisaties de komende week in overleg. Want ook daar zal de impact onmiskenbaar te voelen zijn. Vlaanderen is de grootste verwerker van diepvriesgroenten ter wereld en de grootste exporteur van aardappelverwerkte producten. “Tachtig procent van wat onze bedrijven verwerken komt uit ons land”, zegt Christophe Vermeulen, CEO van de federatie van de aardappelverwerkers Belgapom. “Dit voorstel zou het aardappelareaal decimeren. Het komt neer op het begraven van een hele sector. Het is hallucinant.”
Nochtans stond Demirs partijgenoot en Vlaams minister-president Jan Jambon recent op de eerste rij om de gloednieuwe aardappelverwerkende fabriek van Aviko in Poperinge te openen. Er waren zelfs heel wat Vlaamse subsidies voor het bedrijf. “Als dit wordt doorgevoerd, mag deze fabriek die Jan Jambon nog met grote bombarie is gaan openen, meteen weer de deuren sluiten”, aldus Vandamme.
Hij wijst er volgens VILT op dat deze voorstellen ook nu pas werden voorgelegd aan de Vlaamse regering. “Dat is op zich al een heel bijzonder en compleet onaanvaardbare werkwijze. Iedereen wordt op hetzelfde moment bevraagd. Terwijl de discussie op het politieke niveau begint, moeten de landbouw- en natuurorganisaties nog feedback geven over de voorstellen. Dit maakt me echt kwaad”, zegt een misnoegde ABS-voorzitter op vilt.be.
Ook politiek kwamen er meteen heel wat reacties op de MAP7-voorstellen. Vlaams landbouwminister Jo Brouns (cd&v) verwijst naar het regeerakkoord. “Daarin staat dat we bij de evaluatie en de bijsturing van het mestbeleid de governance-aanbevelingen van de adviesraden ter harte nemen”, brengt hij in herinnering. “Er staat ook in dat we, behalve een evaluatie van de huidige maatregelen, ook onderzoeken hoe we op maatregelenniveau beter kunnen inspelen op de effecten van uitzonderlijke weersomstandigheden.”
VILT: "Volgens Brouns betekent dit dat je beleid moet uittekenen met alle betrokken partners op het terrein. “Dat is zeer belangrijk in dit dossier, aangezien de gevolgen op het terrein vaak zeer ingrijpend zijn. Er moet samen met de landbouw- en milieuorganisaties, maar ook met de departementen en wetenschappers gezocht worden naar een werkbaar en resultaatgericht plan waarbij er wordt rekening gehouden met de vooropgestelde doelen inzake waterkwaliteit én de rentabiliteit van onze land- en tuinbouw.” Pas daarna is het in de ogen van de landbouwminister aan de orde om het overleg in het Vlaams parlement en de regering op te starten."
Hij wijst erop dat een dergelijk traject voor hem cruciaal is om tot een gezamenlijke en gedragen oplossing te komen. “Eind november organiseren wij een voedseltop naar aanleiding van de voorstelling van onze voedselstrategie. Daar focussen we vooral op duurzaam voedsel van bij ons”, brengt hij in herinnering. “Met de plannen die nu voorliggen, lijkt ons dit moeilijk realiseerbaar. Het zou het aardappelareaal met 80 procent doen dalen. Dat zal leiden tot prijsstijgingen en tot meer import. Wat ons betreft is dat geen duurzame voedselstrategie”, besluit Brouns volgens VILT.