“Bij verbouwingen valt de slotfactuur ook altijd hoger uit dan oorspronkelijk geschat.”
Als we het interview van Tinne Van der Straeten (Groen) lezen in ‘Het Nieuwsblad’, dan krijgen we de indruk dat Tinne verwacht dat ze een standbeeld krijgt. “Voor u zit een een tevreden”, zegt ze. De minster van Energie is er “absoluut van overtuigd dat het licht blijft branden.” Al relativeert ze het wel in een en dezelfde adem: “We kunnen absoluut zeker zijn dat het mogelijk is om daar te geraken, als we het blijven opvolgen.” Wat dan weer net iets minder 'absoluut zeker' is.
Hoeveel de werken aan de centrales gaan kosten – toch niet onbelangrijk – weet de tevreden minister niet. “Dat zal nog een hele discussie worden.” Hoe veel zij zelf denkt dat het is, wil Tinne niet kwijt: “Aangezien dat de Belgische Staat daar voor de helft zal instappen en het nog voorwerp van discussie is, zal ik daar nog niets over zeggen.”
Mag ze dan misschien wel iets zeggen over kosten van de berging van het nucleair afval? Ook dat ligt moeilijk want je kan het volgens Tinne moeilijk inschatten. Ze neemt een voorbeeld uit de bouw: “Bij verbouwingen valt de slotfactuur ook altijd hoger uit dan oorspronkelijk geschat. En niemand kan garanderen dat Engie Electrabel nog bestaat in 2080.”
Groen blijft met de spreekwoordelijk kazak draaien, zo blijkt. De partij die de reputatie had dogmatisch tegen kernenergie te zijn heeft er nu – noodgedwongen – geen probleem mee om de oudste kerncentrales langer te laten draaien, want: “We hebben nu de perfecte uitgangspositie.”
We hebben een vermoeden dat we de uitspraken van Tinne een jaartje moeten bewaren. Weet je bijvoorbeeld nog war diezelfde Tinne Van der Straten eind december 2021 in Terzake zei?
Laten we afsluiten met een leuk detail. Tinne houdt van puzzelen als ze moet wachten, letterlijk. We citeren uit 'Het Nieuwsblad': "Op haar bureau ligt een onafgewerkt exemplaar. “De onderhandelingen met Engie gingen door op de Zestien”, zegt ze. “En daar durfde ik mijn puzzel niet boven te halen.”"