Een dialoog tussen stokken, stenen en een waterkanon.
Wat begon als een aprilgrap, mondde uit in een gewelddadige veldslag tussen politie en jongeren. Een dag later werd er door de jongeren alweer opgeroepen om te ‘feesten’ in het bos. Het is het begin van een beweging die die het niet langer pikt dat dun hun jeugd hen wordt ontnomen door maatregelen tegen een ziekte die de hunne niet is.
Het feest ‘L’abîme’ (‘de afgrond’) van vrijdag was kleinschaliger dan dat van ‘La Boum’, maar de sfeer was grimmig. De politie antwoordde alweer met het waterkanon, traangas en paarden, ontruimde het park en verrichte arrestaties. Het had iets weg van een middeleeuwse veldslag, dialoog was er nauwelijks.
‘L’abîme’ is ondertussen uitgegroeid tot een collectief van het protest tegen de coronamaatregelen. In een verklaring op de website labime.be zeggen de organisatoren dat ze zullen blijven manifesteren zolang de autoriteiten “geen voorstellen doen om onze jongeren te ontlasten”.
“We willen ons ervan overtuigen dat noch de politie, noch de autoriteiten, noch de justitie repressief zal optreden tegen de jeugd die op de rand van een burn out balanceert. Een jeugd die al teveel is geslachtofferd omdat ze niet bedreigd wordt door het virus', lezen we op hun website. Ze voegen eraan toe dat ze de "martelaren van de wilde feestjes" willen worden omdat ze "een nobele zaak" dienen. Daarvoor richten zij het collectief ‘l’abîme’ op, een platform waar kan gestreden worden voor de vrijheid om weer samen te komen en te feesten: een soort van syndicaat van het nachtleven. "Samenkomen in een park, in de open lucht, om te genieten van muziek mag niet bij een aprilvis blijven. Het is een menselijke behoefte", aldus de initatiefnemers.
De woordvoerder van het collectief is verbaasd over het gewelddadige optreden van de politie. “Sinds enkele uren hebben we de indruk dat we een terreuraanslag organiseren. Dat toont op welk punt we zijn aanbeland. Het is enkel kwestie van muziek te brengen in een park. Gisteren zijn ze daar zelfs niet toe gekomen. Ik denk dat we het recht aan onze zijde hebben.”
Het ziet ernaar uit dat er een algemeen protest in gang is gezet dat alleen kan worden opgelost met dialoog, niet met het waterkanon. Een veldslag in het park kan de politie voor de overheid nog wel winnen, maar een oorlog op de sociale media is een verloren zaak.
Spreken van een kaakslag zoals minister Annelies Verlinden (CD&V) en de jongeren herleiden tot vandalen is wellicht niet de juiste methode. Voorlopig wordt er gestreden in een park, maar wat als het straks overslaat naar heethoofden in onze steden? Het gaat hier niet over wie er gelijk heeft, maar over we samen verder kunnen.