Niet te verwarren met de A250e, die je vaak ziet rondrijden.
Mercedes’ kleinste, de A-klasse, begon eind jaren negentig als een MPV die er een beetje uitzag als een hondenhok op wielen. In 2012 besloot men er een hatchback van te maken en zo veranderde de A-klasse van een lelijke bompabak in een mooi gelijnde hatchback die een jong publiek wist aan te spreken. In 2018 werd de Limousine aan het gamma toegevoegd: een vierdeurs berline.
De A-klasse kreeg nu een facelift, en wij gingen op pad met de strafste niet-AMG.
De eerste indruk
Wat. Een. Mooie. Auto. En zeker in de kleur dat wij ‘m reden: Designo Berggrijs Magno. Niet zo maar een vijftigste tint grijs, maar een matte tint die ‘m wondermooi staat. Maar goed: wat veranderde er met de facelift? De koplampen werden hertekend, net als de bumpers. Die zien er voortaan nog, euh, schraler uit op de basisversie, en kregen nog wat dynamischer ogende lijnen op de AMG Line. Dat laatste is iets wat we tegenwoordig vaker zien bij de premium merken en dat hebben ze slim bekeken: ze zetten de basisversie lekker scherp geprijsd in de catalogus, maar als je een mooie auto wil moet je het AMG-, ///M- of S-pack aanvinken, wat al snel enkele duizenden euro’s kost.
Als je voor AMG Line opteert, krijg je bij deze A-klasse ook een ander sierrooster: een exemplaar met heel veel Benz-sterretjes in. Dat klinkt misschien heel patserig, maar wij vinden het best knap gevonden en mooi.
Ook in het interieur veranderde er wat: er zit voortaan geen touchpad op de middenconsole meer en dus moet je voortaan alles via het scherm van het entertainmentsysteem of de sneltoetsen aan het stuur regelen. Verder hoefde er ook niks aan dat interieur veranderd te worden: dat zit prima in elkaar en is opgebouwd met mooie materialen.
In de week dat wij ‘m testten, heb ik mezelf meermaals nog ‘ns omgedraaid nadat ik ‘m in onze garage parkeerde en gedacht: wat een bloedmooie wagen is dit toch. Da’s natuurlijk persoonlijke smaak, maar toch. Iedere vouw en lijn klopt gewoon aan deze berline.
Onder de kap
De instapper is de A180. In dat geval krijg je een 136 pk sterke 1.3-liter die uit de schappen van Renault komt. Het neusje van de A berline-zalm is de A35 AMG. Dieselen kan ook: dan varieert het van de A180d (116 pk) tot 220d (190 pk). Een versie die je vaak op de weg ziet, is de A250e, een plugin-hybride die de 1.3-liter combineert met elektropower.
In het vooronder van onze testauto ligt een 2-liter met 224pk, die gekoppeld is aan een achttraps automaat en die van nul naar honderd snelt in 6,4 seconden en een top van 250 km/u haalt. Deze A250 heeft steeds 4MATIC-vierwielaandrijving en is ‘standaard’ uitgerust met AMG Line.
Het rijden
Desondanks-ie er dynamisch uitziet, ligt ook bij deze A250 de nadruk op comfort. Hij is erg stil en tamelijk zacht afgeveerd. De besturing is licht en zonder al te veel gevoel, maar anderzijds toch erg precies. Met 224 pk in een relatief kleine auto kom je nooit vermogen te kort. In de hogere toeren valt het koppel niet als een plumpudding in elkaar zoals dat bij turbomotoren tegenwoordig weleens het geval is, maar trekt-ie dapper verder. De vierpitter klinkt daarbij niet onprettig. De achttraps automaat doet prima zijn werk. Alleen als je ‘m plots en onverwacht de sporen wil geven, lijkt het wel alsof die even moet nadenken: ‘Zou ik nu terugschakelen of niet?’ Gelukkig kan je dat ook zelf doen met de flippers aan het stuur.
Wat ons erg opvalt in positieve zin, is het verbruik. Mercedes geeft zelf een gemiddelde van 7,3 liter per honderd kilometer op, in werkelijkheid zaten we tijdens onze testweek op een erg knappe 6,5 liter per honderd kilometer. Dat is toch een anderhalve liter minder dan onze eigenste vierwieler van dat andere Duitse merk. Nu haalt ‘onze’ wel 41 pk meer uit een 2-liter, maar die drijft ook slechts twee wielen aan in de plaats van alle vier.
Het infotainmentsysteem werkt erg prettig. ‘Hey Mercedes, breng me naar xxxx in Zandhoven’ zeggen en hopla: de Benz leert ons de weg naar huis. Wanneer je moet afdraaien, geeft de gps camerabeelden met pijltjes welke weg je precies nodig hebt. Die gps is overigens ook bijzonder nauwkeurig: wanneer die zegt dat er ergens elf minuten file staat, dan kan je er vanop aan dat het ook ongeveer elf minuten zal zijn. Enkele keren galmde wel in de cockpit: ‘Wat kan ik voor u doen?’ terwijl we niet eens ‘Mercedes’ in de mond namen.
De prijs
Die begint voor de A-klasse berline vanaf 38.720 euro. Voor dat geld heb je dus de A180. Dieselen doe je vanaf 39.930 euro (A180d). De A250 4MATIC, die standaard reeds rijkelijk is uitgerust, moet minstens 60.500 euro kosten.
Ons verdict
De A250 is een heerlijke reisauto die bloedmooie lijnen en een dynamisch uiterlijk combineert met comfort en sportieve prestaties. Op afwerking en kwaliteit van materialen valt niks aan te merken, zoals we dat gewend zijn van Mercedes.
We begrijpen alleen de prijsstelling van deze A250 niet zo goed. Voor exact evenveel geld rij je ook buiten met een A35 AMG, zo valt ons op wanneer we de prijzen van de A-klasse berline bekijken om dit artikel neer te pennen. Die heeft geen honderden sterretjes in de grille, maar verticale spijlen en doet het met wat minder standaarduitrusting, maar anderzijds wonen daar wel 306 hitsige paardjes onder de kap.