Midden maart waren er 16 vreemdelingen opgenomen in de gemeenschappelijke databank in de categorie haatprediker: dertien van hen waren dan in België en drie bevonden zich dan niet meer hier. Hun landen van herkomst zijn: Afghanistan, Marokko, Nederland, Rusland en Tunesië.
Vijftien hebben een link met religieus extremisme en slechts één met extreemrechts.
Volgens staatssecretaris Mahdi (CD&V) hebben acht personen (van die 16) dan een verblijfsrecht in België. Er zijn ook twee personen waarvoor een beslissing in voorbereiding is, drie personen waarvoor een verzoek aan het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS) is overgemaakt tot intrekking van statuut, en drie personen waarvoor de publieke informatie niet volstaat om hun verblijf in te trekken.
Vijf personen maken dus het voorwerp uit van een beslissing tot beëindiging van het verblijf, inreisverbod of koninklijk besluit tot uitzetting. Drie personen werden verwijderd of hebben vrijwillig het grondgebied verlaten.
Mahdi antwoordde hiermee op een schriftelijke vraag van kamerlid Darya Safai (N-VA). Het betekent concreet dat een aantal haatpredikers van buitenlandse afkomst die een link hebben met religieus extremisme (voorlopig) in België kunnen blijven.