De ene Italiaanse stier is de andere niet…
Conrad Janssens kreeg van zijn vader afgelopen weekend een Lamborghini Urus cadeau en dat zullen ze geweten hebben tot op Mars, met al dagenlang zo’n honderd artikels per dag in de kranten. Toegegeven, da’s een beetje naar boven afgerond. Bij HLN gaan ze zelfs op zoek naar een Lamborghini-bezitter, om er een reportage over te maken. Wij belden naar Michel van den Brande: die heeft immers ook een Urus.
Dag Michel, er wordt nogal een spel van gemaakt hé.
MICHEL: “Enerzijds een beetje begrijpelijk ook, die jongen is tweeëntwintig jaar. Er is wel één verschil: ik heb er zelf voor gewerkt. Ik heb die niet gekregen van mijn vader. Ik werd buitengesmeten zonder één frank. Over die jongen op zich kan je niet beoordelen, het ziet er wel een gedreven gast uit. Maar er zo mee te koop lopen, da’s een beetje gevaarlijk, dat geeft haat en nijd.”
Van waar eigenlijk je keuze voor een Urus?
MICHEL: “Dat was al jaren mijn droom: ik heb één van de eersten in België. De mijne heeft een bodykit van Mansory, dat heeft Conrad niet. Dat kost zo’n tachtigduizend euro, zo’n kit. Er zijn er zo maar twee in België. Ik ben een Lamborghini-man, ik had vroeger een sportwagen van Lamborghini, maar weer verkocht. Op die Urus heb ik drie jaar moeten wachten nadat ik ‘m bestelde.
Hoe snel heb je er al mee gereden?
MICHEL: “We zijn een keer naar Duitsland gereden, waar ik zo’n 260 à 270 km/u heb gereden en ik had nog over. Je moet daar wel mee rijden met verstand: zo snel rijden moet je hier in België niet doen. Alhoewel: in Wallonië mag je dat wel. Daar mag je dwars door de muur van een sporthal rijden zonder gestraft te worden. Als je dat hier in Vlaanderen doet…”
Gebruik je 'm als dagelijkse auto?
MICHEL: “Door de week rijd ik met een elektrische auto: een Lotus Eletre. Die is nog sneller dan m’n Urus: die gaat in 2,9 seconden van nul naar honderd. Die heeft 905 pk. Mijn Urus doet 3,5 seconden over de sprint naar de honderd.”
“Vorige week ben ik met mijn Urus naar Knokke gereden. Ik dacht: ik ga daar een beetje de dikke nek uithangen, wat foto’s nemen enzovoort. Maar je voelt toch wel dat die trager is.”
“Die Urus van Conrad valt wel op, zo’n knalgroene. Ik zou het van m’n leven niet moeten hebben in die kleur. Je ziet dat van ver staan. En dan nu met in de kranten te komen, gaan ze hem zeker zien rijden.”
