Voorlopig hebben we corona nog als excuus.
Het positieve nieuws is cynisch: vorig jaar sloten de overheden in ons land af met een tekort van 42 miljard euro of een gat van 9,4 procent van het bruto binnenlands product, dit jaar wordt het tekort van de gezamenlijke overheid geschat op (slechts) 37,83 miljard of 7,8 procent van het bbp. Goed nieuws is ook dat de Europese Commissie daar begrip voor heeft en landen niet langer sanctioneert vanaf een begrotingstekort van 3 procent.
Voor het slechte nieuws moet je geen econoom zijn: besparen. Oftewel wat de regering als Sinterklaas heeft uitgedeeld tijdens de pandemie, moet gerecupereerd worden. Staatssecretaris van Begroting Eva De Bleeker (Open Vld) doet aan alle collega-ministers een oproep om te bekijken waar en hoe ze kunnen besparen in hun eigen departement. Binnen de regering is alvast afgesproken een “structurele inspanning” te doen: 0,4 procent in 2022 (ongeveer 2 miljard, red.), 0,3 procent in 2023 en 0,2 procent in 2024. Dat zou ervoor moeten zorgen dat Het structureel tekort van de gezamenlijke overheid zou dan al in 2023 onder de 4 procent duiken en blijven tot 2026.
Dat is de ambitie, maar zelfs dan zitten we met 4 procent nog altijd te hoog en is het onhoudbaar.
