En benzine 35 procent, en dan zou onze aardkloot gered zijn.
De tijden veranderen. Onze grootouders vlamden in hun jonge tijd zo snel ze wilden en al dan niet met een stuk in hun voeten – want flitspalen, trajectcontroles en blaastoestellen bestonden nog niet – van punt A naar punt B. Hun auto’s verbruikten een litertje of vijftien loodhoudende benzine per honderd kilometer. En iedere duizend kilometer mochten ze ook nog een litertje olie bijvullen. Wie met een dikke V8 rondreed, was helemaal het mannetje.
De sportievelingen onder ons rijden nu met een turbogeblazen vierpitter rond, die genoegen neemt met een litertje of zeven, acht per honderd kilometer. Wie dieselt, mag daar nog enkele liters aftrekken. We rijden op het gemakje, want daar waar er nog geen trajectcontroles zijn, staan er wel flitspalen. En daar waar er ook geen flitspalen staan, daar staat waarschijnlijk wel een flitsagent verstopt. Wie toch nog eens goed wil doorvlammen, die rijdt naar Duitsland. Op de Autobahn zijn er namelijk nog stukken genoeg waar je zo snel je kan mag. Of zo snel je durft, kan ook. Wie met een dikke V8 rondrijdt, dat is een klimaatterrorist.
Hoe onze kleinkinderen zich gaan verplaatsen, dat kunnen we natuurlijk niet voorspellen. De kans is reëel dat, als zij met een benzinenippend stadswagentje zullen rijden, klimaatterroristen zullen zijn. De meesten onder hen zullen echter van laadpaal naar laadpaal rijden, in de plaats van van tankstation naar tankstation. En bij onze oosterburen zullen ze waarschijnlijk niet meer moeten zijn, als ze eens gas elektriciteit op die lolly willen smijten.
De Duitse groenen opperden eerder al dat er, voor het milieu, een maximumsnelheid van 130 km/u op de Autobahn zou moeten ingevoerd worden. Ze kregen echter nogal wat tegenwind van de Duitse blauwen.
De Duitse Umweltbundesambt heeft nu berekend dat de maximumsnelheid naar 120 km/u zou moeten zakken om de klimaatdoelstellingen te halen. Maar dat is nog niet alles: volgens hen zou diesel in Duitsland – en bij uitbreiding in de rest van Europa – 55 procent duurder moeten worden, en benzine 35 procent. Met die extra inkomsten uit accijnzen zou dan een financiële tegemoetkoming kunnen betaald worden aan mensen die een elektrische auto aanschaffen.
ADAC, de grootste automobielclub van Duitsland, vindt dat allemaal een beetje te ver gaan. Zij vinden het eerder een ideologische campagne tegen de auto met verbrandingsmotor.