“Welterusten mijnheer de president.”
De opvallendste afwezige in de Oekraïense oorlog is de protestzanger. Artiesten zijn meer bezig met hoe ze het Sportpaleis nog een keer kunnen vullen dan met afgeschoten ledematen in ons bijna-buurland in een oorlog die bijna een jaar oud is.
Volgens de Britse inlichtingendienst zouden aan Russische zijde zo’n 40.000 à 60.000 mensen zijn gesneuveld. Met de gewonden meegerekend, wordt het aantal slachtoffers becijferd op 175.000 à 200.000. Over het aantal slachtoffers aan Oekraïense zijde zwijgen de Britten. Moskou beschuldigt Londen dan ook van een desinformatiecampagne. De Russen noemen zelf geen cijfers, de Oekraïners aan de overkant zijn even stil.
De opmerkelijkste uitspraak van deze week komt Vladimir Poetin: “Wij zijn de militaire acties niet begonnen, wij proberen ze juist te stoppen.” Hoog tijd voor een protestlied, dachten we. Onze huidige salonartiesten laten we rustig verder slapen en zo kwamen bij “welterusten meneer de president”, van Boudewijn de Groot uit. We schrijven het jaar 1966. Vervang Oost door West en de tropen door het Oosten en het nummer past als een handschoen voor de kwade hand die onze wereld van vandaag zo meedogenloos slaat.