"Hij die zonder zonde is, werpe de eerste steen."
Siegfried Bracke (N-VA) kreeg vorige week fors wat kritiek omdat hij naar de Raad van State stapt om zijn pensioenbonus te behouden, maar dat kan hem niet schelen. Op zijn eigen website maakt hij in een opiniestuk brandhout in de tegenaanval. Wanneer je zijn arrogante stijl opzij zet, moet je Bracke wel gelijk geven. Al blijft het een kromme redenering dat profiteren mag, als iedereen profiteert. Bijbels samengevat komt zijn verweer het hier op neer: “Waarom kijk je naar de splinter in het oog van je broeder, terwijl je de balk in je eigen ogen niet opmerkt?'”
We citeren enkele van Bracke’s opmerkingen:
“Ik heb al wie mij dierbaar is ervan overtuigd dat het er niet toe doet’, schrijft Bracke op zijn website. “Zoals de titel van de autobiografie van de Nederlandse charmezanger Johnny Jordaan: ‘Ze kunnen van me zeggen wat ze willen. Ook bij mijn overlijdensbericht zal het over graaien gaan. Ik kan daar mee leven.”
“Ik merk dat het toegejuicht wordt dat iemand naar de rechter kan stappen over een miljardenproject met mogelijk gigantische consequenties voor het hele Vlaamse sociaaleconomische weefsel. Maar o wee, als het over afgerond 120.000 euro gaat. Dan pas wordt het immoreel, schande en veel meer. Het zij zo.”
“Wie een ander kwalijk neemt op te komen voor zijn rechten moet misschien en revanche nu al vrijwillig afstand doen van de eigen rechten. Calvo kan nu al laten weten dat hij onder geen beding volgend jaar zijn uittredingsvergoeding zal opnemen. Calvo, De Roover en uiteraard ook Sofie Merckx (PvdA) kunnen nu al publiek en officieel afstand doen van hun eigen ‘extra’s voor lege functies’. Dat zou grote indruk maken, uren studio en camera opleveren, en de weerspannigen tegen de vernieuwing onder druk zetten. Het zou ook puur financieel stukken meer opleveren dan mijn armzalige 120.000 euro. Wat houdt hen tegen?”
“En ik zwijg dan nog over de volstrekt nutteloze Senaat, waar al die ‘lege functies’ nog veel leger zijn dan in de Kamer. Of over het Vlaams Parlement, met nog veel meer ‘lege functies’ dan op het federale niveau. Er is voor politieke vernieuwers nog veel laaghangend fruit.”
Misschien heeft Bracke wel gelijk. Hij die zonder zonde is, werp de eerste steen. Want Bracke is niet de enige in dit land die een ‘bonus’ - noem het een ‘voordeel’ - krijgt die eigen is aan een beroepscategorie. Zelfstandigen die creatief omgaan met welke kosten ze “op de zaak” kunnen inbrengen. Ambtenaren die een hoger pensioen krijgen. Of leerkrachten die van lange vakanties kunnen genieten, om er maar enkele te noemen. Niet in dezelfde orde van grootte, maar het principe is het zelfde als wat Bracke te beurt viel. Misschien moet niet Bracke aan de schandpaal, maar alle politici die door de jaren heen – en nog altijd –zichzelf rijkelijk hebben voorzien van heel wat gunsten en uitzonderingen.
Het volledige opiniestuk van Bracke vind je hier.