De politie in België volgt momenteel 1.315 personen die banden hebben met een of meerdere van 9 extreem-linkse groeperingen in ons land.
De aard van de opvolging wordt in overleg met alle partners bepaald op arrondissementeel niveau, in het kader van de zogeheten Local Taskforces. Het daadwerkelijk observeren van personen of groeperingen (bijzondere opsporingsmethodes) door de politie, kan enkel in het kader van een strafonderzoek. Als maatregel van bestuurlijke politie kan dit wettelijk niet. Toezicht houden op plaatsen waar de openbare orde mogelijks kan worden bedreigd is uiteraard wel steeds mogelijk.
Die personen werden in de politiedatabank geregistreerd als lid van één of meerdere groeperingen van extreem-links. Volgens de bevoegde minister gaat het vooral over links-extremistische mannen, maar één op 3 links-extremisten is toch vrouw (37 procent). De links-extremisten bevinden zich vooral in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (een op drie of 32,7 %). Oost-Vlaanderen staat op de tweede plaats met 18,5 % van de gevolgde links-extremisten.
België heeft in het verleden kennisgemaakt met dat links-extremisme via de Cellules Communistes Combattantes (CCC) (Frans voor: Strijdende Communistische Cellen), een extreemlinkse actiegroep die in 1984 en 1985 veertien aanslagen pleegde in België. Twee brandweerlieden werden gedood en 28 mensen raakten gewond.