Nederlandse dansleraar klaagt de wetenschapper aan voor smaad en laster.
Er valt niet aan te beginnen om alle Twitter-kreten van Van Ranst weer te geven. Het begint stilaan naar radeloosheid te ruiken, afkickverschijnselen van een media(aandacht)-verslaving. De ingrediënten blijven dezelfde, de hoofdpersonages, Torfs, Vuye en Bracke spelen nog altijd mee in de grote Marc Van Ranst-soap. Natuurlijk heeft hij het recht om te reageren. Maar is het verstandig?
"Ik vroeg net of hij zich gedeisd wilde houden op Twitter, maar hij wil niet luisteren”, zegt Elke Wollants, labmanager en rechterhand van Marc Van Ranst. De viroloog blijft het van de daken schreeuwen dat het hem allemaal niet raakt, maar zijn reacties doen anders vermoeden.
Van Ranst is ondertussen – letterlijk – grensoverschrijdend om zich heen aan het slaan. Ook in Nederland word je door Marc op je plaatst gezet als je anders denkt. Van Ranst vindt bijvoorbeeld dat iemand als Willem Engel - die met zijn actiegroep Viruswaarheid tegen de coronamaatregelen strijdt - te veel ruimte krijgt in Nederland, "terwijl zijn kennis over het virus nihil is".
De Twitter-ruzie tussen Van Ranst en Engel is ondertussen geëscaleerd. Engel klaagt de wetenschapper aan voor smaad en laster. Hij vindt dat de viroloog hem en zijn beweging Viruswaarheid in een kwaad daglicht zet en hem ten onrechte afschildert als een extremist. Diezelfde Engel runde voor het uitbreken van de coronacrisis een dansschool en noemt zichzelf een scepticus en geen virusontkenner.
Volgens Van Ranst is Engel niet “het scherpst geslepen potlood in de pennendoos”. Of nog: “Wanneer we ooit geconfronteerd worden met een salsapandemie, ga ik met veel plezier luisteren naar wat jij als dansleraar te zeggen hebt. Echter, op dit moment geef ik geen fuck om wat jij uitkraamt, en Nederland zou dat best ook niet doen.
Waarom, vraagt elk weldenkend mens zich af. Het antwoord van Van Ranst? "Ik laat me niet de mond snoeren, anders wint de intimidatie.”
Hoe dan ook, voorlopig zijn er nog geen afgesneden hoofden over de straat gerold, geen dansende mensen afgeknald, of panden ontploft. Wanneer het over die vorm van (Jihadistisch) extremisme gaan, zijn de commentaren doorgaans minder moedig.