Voor het eerst sinds de coronapandemie zijn Catalaanse separatisten zaterdag in groten getale de straten van Barcelona opgegaan om te demonstreren.
Over het precieze aantal demonstranten bestaat onenigheid. Separatistengroep Assemblea Nacional Catalana (ANC), de organisator van het protest, spreekt van 400.000 demonstranten, de politie van 108.000. De Catalaanse separatistische beweging kan op steun rekenen van diverse Vlamingen - vaak uit N-VA of Vlaams Belang - die zelf naar een onafhankelijk Vlaanderen streven.
In de regio geldt 11 september als lokale feestdag genaamd La Diada. Op die dag in 1714 veroverden de legers van de Spaanse koning Filips V Catalonië, wat een einde maakte aan de Catalaanse onafhankelijkheid. De dag veranderde uiteindelijk van rouwdag naar feestdag.
De demonstratie begon daarom zaterdag om 17.14 uur. NRC: "Met vlaggen en borden met daarop leuzen voor onafhankelijkheid trokken de demonstranten de Catalaanse hoofdstad Barcelona door."
Catalanen gaan elk jaar op 11 september massaal de straat op. Vorig jaar was daar vanwege de coronapandemie een uitzondering op. NRC: "Alsnog werden toen verschillende manieren bedacht om stil te staan bij La Diada. Zo herdachten separatisten in de eveneens Catalaanse stad Girona de nationale dag met vlaggen en bordjes met leuzen vanaf op anderhalve meter afstand geplaatste stoelen."
"In 2017 hield de regio een referendum voor onafhankelijkheid, dat door de Spaanse regering als illegaal wordt gezien. Verschillende politici die de volksraadpleging organiseerden, kregen daarvoor later celstraffen. Negen van hen werden eerder dit jaar vrijgelaten door de Spaanse premier Pedro Sánchez, die in ruil daarvoor hoopte op steun voor zijn regeringscoalitie", schrijft NRC.
Binnenkort zouden de Spaanse regering en onafhankelijkheidsleiders met elkaar om tafel gaan om te spreken over hoe het verder moet, al is daarvoor nog geen datum geprikt.